Skip to main content
Top

2013 | OriginalPaper | Hoofdstuk

15. Trombose

Auteur : dr. K. Meijer

Gepubliceerd in: Hematologie

Uitgeverij: Bohn Stafleu van Loghum

share
DELEN

Deel dit onderdeel of sectie (kopieer de link)

  • Optie A:
    Klik op de rechtermuisknop op de link en selecteer de optie “linkadres kopiëren”
  • Optie B:
    Deel de link per e-mail

Inleiding

Meer dan honderd jaar geleden beschreef Virchow de drie factoren, die ook nu nog verantwoordelijk worden geacht voor het ontstaan van trombose: veranderingen in de vaatwand, de samenstelling van het bloed en de bloedstroomsnelheid. Daarbij worden arteriële en veneuze trombose onderscheiden. Arteriële trombose komt meestal voor in combinatie met atherosclerose (vaatwandafwijking), atriumfibrilleren of een mechanische kunsthartklep. Bij veneuze trombose wordt zelden een vaatwandafwijking aangetoond, maar komen frequent afwijkende plasmaspiegels van stollings- of antistollingseiwitten voor, terwijl lage bloedstroomsnelheid eveneens een rol speelt.
Literatuur
go back to reference Antithrombotic therapy and prevention of thrombosis, 9th ed. American College of Chest Physicians evidence-based clinical practice guidelines. Chest. 2012;141(Suppl 1S-53S, e1S-e495S).CrossRef Antithrombotic therapy and prevention of thrombosis, 9th ed. American College of Chest Physicians evidence-based clinical practice guidelines. Chest. 2012;141(Suppl 1S-53S, e1S-e495S).CrossRef
go back to reference CBO-richtlijn Diagnostiek, preventie en behandeling van veneuze trombo-embolie en secundaire preventie van arteriële trombose. Utrecht: CBO, 2008. CBO-richtlijn Diagnostiek, preventie en behandeling van veneuze trombo-embolie en secundaire preventie van arteriële trombose. Utrecht: CBO, 2008.
Metagegevens
Titel
Trombose
Auteur
dr. K. Meijer
Copyright
2013
Uitgeverij
Bohn Stafleu van Loghum
DOI
https://doi.org/10.1007/978-90-313-9906-2_15