In de tweede sessie van een cyclus staan de copingmodi centraal. Voor junioren gaat het om herkenning om welke beschermende modi het gaat en welke soort coping; vermijding, overgave of overcompensatie? Zijn er uitspraken of gedragingen die zij bij zichzelf herkennen? Bij de medioren gaat het om de relatie met het verleden van deze copingmodi; wat is de relatie met het verleden en welke onderliggende behoeften zijn er achter de copingmodi? De seniorleden gaan hierin nog verder en richten zich via de gezonde-volwassenemodus op concrete veranderingen. Qua oefeningen is er ruimte voor veilige-plekoefeningen en stoelenwerk of experiëntiële oefeningen waarbij het effect van de copingmodi wordt ervaren.