Hoewel er door de KNMT (‘Zorg voor ouderen in de algemene mondzorgpraktijk’), Ivoren Kruis (‘Hou je mond gezond’), TNO (‘Mondgezondheid, een leven lang’) de afgelopen jaren initiatieven ontplooid zijn die specifiek gericht waren op mondgezondheid van ouderen, blijken er nu gebitsproblemen te ontstaan bij dentate senioren.
Verbeterde mondzorg heeft weliswaar geleid tot langduriger behoud van het eigen gebit, maar enerzijds de toename van het aantal en steeds ouder wordende dentate senioren en anderzijds het feit dat de dagelijkse mondzorg bij ouderen, zowel in de thuissituatie als in verpleeghuizen, nogal eens te wensen overlaat, heeft geleid tot verontrustende verwaarlozing van het oudere gebit.
Hoog tijd voor een nieuwe benadering van mondzorg bij ouderen, vindt tandarts Cornė de Bruijn. Hij ontwikkelde MondZorgPlus . 12.000 patiënten staan inmiddels ingeschreven
Preventie pilot
Tandarts De Bruijn is zich in deze materie gaan verdiepen toen hij benaderd werd om de vertrekkende tandarts in een woonzorgcentrum op te volgen. Hij verbaasde zich over situaties van verwaarlozing van de dentate gebitten. Hoe kon dit opgelost worden?
Hoewel Zorgverzekeraar CZ bereid bleek tot het financieel ondersteunen van een pilot om mensen in een vroeger stadium mondzorg te bieden, bleek al snel dat deze patiënten helemaal niet zaten te wachten op preventieve controles van de tandarts, zelfs niet als dit in het kader van de pilot gratis was. De Bruijn: ‘Terwijl preventie bij deze groep mensen zo belangrijk is, omdat ze door hun toegenomen kwetsbaarheid niet meer zoveel aan kunnen.’
Eerst kunstgebit, dan pas verpleeghuis?
Toen De Bruijn voor artsen een presentatie voor mondzorg voor ouderen hield, werd hem door een arts dan ook de vraag gesteld of men dan maar niet beter een kunstgebit kon hebben voordat men naar een verpleeghuis gaat?
‘Voor een tandarts die is opgeleid tot het behoud van het eigen gebit best een schokkende vraag, maar de dagelijkse mondzorg voor ouderen is niet altijd eenvoudig’, aldus De Bruijn.
Omdat de oudere vaak zelf niet in staat is, of geen zin heeft zelf de dagelijkse gebitsverzorging ter hand te nemen, komt dit op de verzorgenden neer. Een aantal oudere mensen wil niet dat er iemand in hun mond komt en als dat al kan, dan vergt het nogal wat van de verzorgende, ook op technisch gebied. Plus de eeuwige factor tijd en personeel waarin het in de tehuizen nogal eens ontbreekt.
De Bruijn pleit ervoor dat de ouderenverzorgers in hun opleiding meer aandacht krijgen voor het belang van mondgezondheid, ook al in verband met de algehele gezondheidssituatie van de oudere mensen. Zijn bemoeienissen met de mondzorg voor ouderen hebben er inmiddels toe geleid dat de dagelijkse gebitsverzorging een aandachtspunt in verpleeghuizen geworden is.
Rond eigen stoel
De Bruijn stelt voorop dat de mensen in het verpleeghuis in de vertrouwde omgeving behandeld moeten worden, liefst in hun eigen stoel in plaats van in een tandartsbus of aparte behandelkamer. Een andere locatie geeft extra onrust, waardoor angsten opgebouwd kunnen worden. Bovendien is een aparte behandelkamer in een verpleeghuis te kostbaar, omdat die maar eens in de twee weken benut wordt. In de eigen stoel dus, liefst met de vertrouwde verzorgende erbij. Die kan de nodige hulp bieden en tegelijkertijd door de tandarts gecoacht worden over de dagelijkse mondverzorging voor de patiënt. De Bruijn kocht alle benodigde materiaal zelf en de verpleeghuizen betalen hem per inwoner een vergoeding. Toen een en ander ging lopen, volgde De Bruijn de opleiding geriatrie, waardoor hij meer een algemeen medicus werd.
Tandartsen gezocht
De initiatieven van De Bruijn mondden vervolgens uit in ‘Mondzorg voor Instellingen’, waar MondZorgPlus uit voort kwam. Inmiddels is het landelijke MondZorgPlus uitgegroeid tot een organisatie met 12.000 ingeschreven cliënten, met een eigen planning, ICT en kwaliteitseisen, zoals nascholing voor tandartsen die er aan verbonden zijn. Ook thuiswonende ouderen worden zoveel mogelijk bezocht.
MondZorgPlus heeft zich tot doel gesteld de kwetsbare oudere adequate mondzorg te leveren. Daartoe worden onder meer tandartsen gezocht die communicatief ervaren zijn en voldoende werkervaring hebben om voorspelbaar te kunnen werken. Bijvoorbeeld tandartsen die erover denken hun praktijk te verkopen, omdat ze het wat rustiger aan willen doen. Maar ook jongere tandartsen die het interessant vinden om mondzorg voor ouderen erbij te doen, ter afwisseling van het dagelijkse praktijkwerk.
Zorg om ouderenzorg
Met het wachten op een nieuwe regering is het ook wachten wat een volgend kabinet gaat doen op het gebied van zorg. Dat beleid op het gebied van ouderenzorg weer een belangrijke plaats in zal nemen staat buiten kijf. De toenemende vergrijzing vraagt om specifieke maatregelen. Het stimuleren van langer thuis blijven wonen brengt nieuwe zorgproblematiek met zich mee, maar ook het feit dat steeds meer oudere mensen hun eigen gebit behouden, vraagt om een uitgebreidere vorm van mondzorg. Daar moet extra tijd voor uitgetrokken worden met meer en beter opgeleid personeel en mondzorgspecialisten.
Bron: TP Tandartspraktijk nr. 7, september 2017
Gerelateerde informatie