De Stuurgroep ‘Toekomstbestendige beroepen in de verpleging en verzorging’ ziet het liefst in de toekomst twee verschillende beroepsgroepen voor verpleegkundigen: één voor de hbo-opgeleide verpleegkundigen, en één voor de mbo-verpleegkundigen. Dat meldt voorzitter van de stuurgroep Doekle Terpstra in gesprek met Nursing.
Volgens de commissie moet opleiding en werkervaring bepalen tot welke beroepsgroep je hoort en hoe je in het BIG-register wordt geregistreerd. Terpstra baseert zich op het rapport Toekomstbestendige beroepen in de verpleging en verzorging dat op 13 januari wordt aangeboden aan minister Schippers. Het rapport bevat de nieuwe, aangescherpte beroepsprofielen voor verzorgenden, mbo-verpleegkundigen, hbo-verpleegkundigen en een overgangsregeling voor huidige verpleegkundigen.
Veranderingen
Minister Schippers wilde een duidelijk onderscheid tussen mbo- en hbo-verpleegkundigen. Daarmee wordt ingespeeld op grote veranderingen in de zorg, zoals een snel groeiend aantal ouderen en chronisch zieken met een complexe zorgvraag en comorbiditeit. De nieuwe beroepsprofielen moeten het onderscheid tussen verschillende groepen verpleegkundigen voor eens en altijd duidelijk maken. Terpstra in Nursing: 'En door dat in de Wet BIG te doen, wordt duidelijk dat er twee beroepsgroepen zijn met ieder hun eigen beroepstitel, deskundigheidsgebied, bevoegdheden, bekwaamheden en opleidingsniveau.'
De verwachting is dat vanaf 2020 de eerste verpleegkundigen volgens de nieuwe beroepsprofielen zijn opgeleid.
Bron: Nursing