04-05-2018 | Onderzoek
Spoedvisites op de huisartsenpost
Gepubliceerd in: Huisarts en wetenschap | Uitgave 6/2018
Log in om toegang te krijgenSamenvatting
Inleiding De huisarts van de huisartsenpost (HAP) voert U1-zorgaanvragen zelf als U1-visite uit of leidt ze door naar de Meldkamer Ambulancezorg (MKA) met het verzoek een ambulance met A1-urgentie in te zetten. We wilden nagaan of bij U1-zorgaanvragen de juiste hulpverlener met de juiste urgentie is ingezet.
Methode Een crosssectioneel onderzoek uitgevoerd met behulp van dossiers van alle U1-visites gedurende 21 maanden op een grote HAP in een grootstedelijk gebied. U1-aanvragen die de huisarts naar de MKA heeft doorgeleid werden ook geanalyseerd. Follow-upgegevens zijn verkregen via de eigen huisarts door middel van een vragenlijst.
Resultaten Patiënt- en zorgkenmerken van 1081 visites: 401 HAP-visites, 570 ambulanceritten en 110 gecombineerde HAP-ambulanceritten. Van 598 patiënten kregen we de ingevulde vragenlijst van de huisarts retour (55,3%). Ongeveer 40% van de visites had volgens de huisartsen met een lagere urgentie kunnen worden uitgevoerd en ongeveer 50% door een andere zorgaanbieder. ‘Pijn op de borst’ was de meest voorkomende reden om een ambulance in te zetten (60,7%).
Conclusie Bij 40% van de U1-visiteaanvragen op de HAP was er sprake van overtriage en bij de helft had volgens beoordeling achteraf beter een andere zorgverlener ingezet kunnen worden (een huisarts in plaats van de ambulancedienst, of vice versa). Verder onderzoek is nodig om het proces van triage en toewijzing van zorg bij U1-aanvragen te optimaliseren, in het bijzonder voor patiënten met pijn op de borst.