Skip to main content
Top

2016 | Boek

Sociologie voor gezondheidszorg en verpleegkunde

Auteurs: Jan Stapel, Rob Keukens

Uitgeverij: Bohn Stafleu van Loghum

insite
ZOEKEN

Over dit boek

Mede als gevolg van maatschappelijke ontwikkelingen is de gezondheidszorg voortdurend in beweging en onderhevig aan veranderingen. Een andere kijk op gezondheid zorgt ervoor dat niet langer de ziekte centraal staat, maar eerder het aanpassingsvermogen van personen en daarbij het vermogen tot zelfmanagement wanneer men te maken krijgt met problemen en uitdagingen op sociaal, lichamelijk en emotioneel gebied. Verpleegkundigen moeten hun werk verrichten in deze steeds veranderende context. Dit boek helpt bij de verduidelijking van deze context en van de invloed van allerlei sociale en maatschappelijke factoren op menselijk gedrag.

Deze nieuwe druk sluit aan op Bachelor Nursing 2020, het nieuwe opleidingsprofiel dat in 2016 landelijk wordt ingevoerd. In dit profiel neemt het vak sociologie een prominente plaats in. In deze nieuwe druk wordt aandacht besteed aan de actuele maatschappelijke ontwikkelingen en de gevolgen daarvan voor de gezondheidszorg en het verpleegkundig beroep.

Thema’s die hierbij aan de orde komen zijn onder andere zelfzorg en mantelzorg, participatie en zelfmanagement, professionele zorg, sociale ongelijkheid, medicalisering, de verzorgingsstaat, kwaliteitszorg en preventie. Aan het boek is een website toegevoegd met verdiepingsstof, verwerkingsvragen, links en casuïstiek.

Sociologie voor gezondheidszorg en verpleegkunde is een standaardwerk dat onmisbaar is voor opleidingen in de gezondheidszorg en voor de opleiding verpleegkunde in het bijzonder.

Inhoudsopgave

Voorwerk

Deel I

Voorwerk
1. Wat is sociologie?
Samenvatting
Sociologen proberen gedrag te verklaren vanuit de samenlevingsverbanden die mensen met elkaar vormen. Bij allerlei vormen van gedrag kijkt een socioloog naar de groepen waar de betrokkene deel van uitmaakt, de structuur van die groepen en hun waarden en normen. Belangrijke vragen voor de sociologie zijn hoe de samenleving in elkaar zit en hoe mensen in hun gedrag worden beïnvloed door het feit dat zij deel uitmaken van allerlei samenlevingsverbanden oftewel groeperingen. Sociologie is een empirische wetenschap, dat wil zeggen: een wetenschap waarbij kennis voortkomt uit een systematische waarneming van feiten. De sociologie probeert objectief vast te stellen hoe de maatschappelijke werkelijkheid in elkaar zit. Dat gebeurt door het doen van onderzoek. Sociologie is voor verpleegkundigen een relevante wetenschap. Bij de beschrijving van relevante sociologisch begrippen is uitgegaan van de drie aspecten van het sociale die Wilterdink en Heerinkhuizen onderscheiden: interactie, cultuur en interdependentie.
Jan Stapel, Rob Keukens
2. Mensen zijn op elkaar gericht: interactie
Samenvatting
Het eerste aspect van het sociale heeft te maken met het feit dat mensen op elkaar gericht zijn en interacties met elkaar aangaan. Via deze interactieprocessen creëren mensen samen hun eigen werkelijkheid. Samenleven met elkaar veronderstelt het bestaan van gemeenschappelijke interpretaties van een aantal zaken. De gedeelde interpretaties in een groep vormen het referentiekader, dat wil zeggen: ‘het geheel van waarden, normen, overtuigingen en vanzelfsprekendheden op grond waarvan de leden van een groepering oordelen en handelen’. Omdat mensen vanuit een bepaald referentiekader naar de werkelijkheid kijken, treedt er regelmatig een vertekening van de werkelijkheid op. Dat kan ertoe leiden dat mensen er vooroordelen op nahouden en op grond daarvan handelen, bijvoorbeeld door anderen uit te sluiten. Omdat de definitie van de situatie mede bepaalt hoe de mens handelt, kan een onjuiste definitie van de situatie leiden tot een selffulfilling prophecy.
Jan Stapel, Rob Keukens
3. Mensen worden door elkaar gevormd: cultuur
Samenvatting
Interactieprocessen kunnen niet los worden gezien van een bredere context, de cultuur. Cultuur is een geheel van voorstellingen, opvattingen, waarden en normen die mensen zich als lid van hun samenleving verworven hebben door middel van leer- en gewenningsprocessen. Collectieve opvattingen over wat mensen goed en daarom nastrevenswaardig vinden, worden waarden genoemd. Gedragsregels die daaruit voortvloeien zijn normen. In veel situaties ontstaan er min of meer vaste patronen in het handelen. De plaats die een individu inneemt in een bepaalde situatie wordt aangeduid met het begrip positie. Het begrip rol duidt op het gedrag dat van iemand in een bepaalde positie wordt verwacht. Het proces waardoor iemand zich in de omgang met anderen de waarden en normen van allerlei groeperingen eigen maakt, wordt socialisatie genoemd. We leven in een land waarin verschillende culturen naast elkaar bestaan. Via de cultuurdimensies van Hofstede kunnen deze verschillen inzichtelijk worden gemaakt.
Jan Stapel, Rob Keukens
4. Mensen zijn van elkaar afhankelijk: interdependentie
Samenvatting
Ieder individu heeft een netwerk. Een netwerk is een groep mensen met wie iemand min of meer duurzame banden onderhoudt voor de vervulling van de dagelijkse levensbehoeften. Netwerken van afhankelijkheidsverhoudingen zijn geen statische gegevens. Veel groeperingen en samenlevingen kennen structuren waarin mensen ongelijke posities hebben. Deze sociale ongelijkheid wordt in de sociologie beschreven met behulp van het begrip sociale stratificatie, een hiërarchische opeenstapeling van lagen, waarbij elke laag bestaat uit ongeveer gelijk gewaardeerde posities. Sociale ongelijkheid leidt tot een ongelijke verdeling over personen en groepen van zaken die belangrijk worden geacht in een samenleving. Mensen kunnen op allerlei manieren invloed op elkaar uitoefenen. Er zijn verschillende begrippen om de verschillende wijzen van beïnvloeding te beschrijven: macht, gezag, manipulatie en sociale controle. Sociale controle betreft al die mechanismen die mensen hanteren om elkaar tot het naleven van bepaalde waarden en normen te brengen.
Jan Stapel, Rob Keukens
5. Maatschappelijke ontwikkelingen
Samenvatting
Interactieprocessen, waarden en normen en afhankelijkheidsverhoudingen veranderen steeds. Waar het beginpunt van deze veranderingen ligt, is vaak moeilijk te zeggen. Sommige sociologen schrijven daarbij een grote rol toe aan economische ontwikkelingen. Anderen menen daarentegen dat economische ontwikkelingen voor een belangrijk deel ontstaan uit technologische vernieuwingen en daarbij spelen de menselijke geest en inventiviteit een grote rol. In dit hoofdstuk wordt aan de hand van een aantal sociologische begrippen een schets gegeven van de belangrijkste veranderingen die zich de afgelopen decennia in de samenleving hebben voltrokken en welke gevolgen dit heeft gehad. Belangrijke ontwikkelingen die de samenleving van aanzicht doen veranderen zijn de individualisering, de overgang naar een functionele samenleving (waarin mensen zich los hebben gemaakt van op tradities gebaseerde patronen), de overgang van bevels- naar onderhandelingshuishouding, democratisering, globalisering, informalisering, ontstaan van cultureel relativisme en multiculturaliteit.
Jan Stapel, Rob Keukens

Deel II

Voorwerk
6. Zelfmanagement
Samenvatting
In het nieuwe opleidingsprofiel Bachelor of Nursing 2020 staat het begrip zelfmanagement centraal. In het nieuwe profiel gaat het niet primair om de aandoening (of de afwezigheid daarvan), maar om het vermogen van mensen tot aanpassing op het moment dat zij geconfronteerd worden met problemen op fysiek, psychisch en/of sociaal vlak. Verpleegkundigen versterken het zelfmanagement van mensen. Autonoom zijn en de verantwoordelijkheid dragen voor je eigen leven zijn echter geen waardevrije begrippen. Zij sluiten vooral goed aan bij de hogere lagen van de bevolking. Zelfmanagement is niet iets wat mensen van nature allemaal als vanzelf kunnen. De mogelijkheden om regie over het eigen leven te voeren hebben niet alleen met persoonlijke eigenschappen te maken maar ook met sociale, zoals de sociale klasse waaruit iemand afkomstig is en de waarden en normen in de sociale omgeving. Zogeheten gezondheidsvaardigheden zijn ongelijk verdeeld. Een appel op meer zelfmanagement kan de sociale ongelijkheid vergroten.
Jan Stapel, Rob Keukens
7. Mantelzorg
Samenvatting
Verpleegkundigen versterken niet alleen het zelfmanagement, maar ondersteunen en begeleiden ook de mantelzorg en het sociale netwerk van de zorgvrager. Mantelzorg is onbetaalde zorg van mensen voor elkaar op basis van wederkerigheid. Er worden verschillende definities van het begrip mantelzorg gehanteerd. Soms wordt er een kwantitatief aspect aan toegevoegd. De gehanteerde definitie bepaalt in welke mate mantelzorg in Nederland voorkomt. Vooral intensieve mantelzorg heeft grote invloed op het leven van mantelzorgers. Veel mantelzorgers zijn overbelast. De mogelijkheden om mantelzorg te verlenen hebben te maken met sociale en maatschappelijke factoren, zoals de individualisering van de samenleving, het samenleven in steeds kleinere eenheden en de sterk toegenomen arbeidsparticipatie van vrouwen. Er zijn tegenwoordig allerlei financiële regelingen waarvan mantelzorgers gebruik kunnen maken. Het Steunpunt Mantelzorg, dat in veel gemeenten aanwezig is, kan mantelzorgers ondersteunen bij de vragen die zij hebben.
Jan Stapel, Rob Keukens
8. Professionele zorg in sociologisch perspectief
Samenvatting
Vanaf de 19e eeuw komt de op natuurwetenschappelijke leest geschoeide geneeskunde op. Het natuurwetenschappelijk denken wordt de basis van onze gezondheidszorg. Dit zogeheten medisch model dringt door in alle velden van de gezondheidszorg. Vanaf de jaren zestig maakt de professionele zorg een geweldige groei door. In 2014 wordt er in Nederland 95 miljard euro uitgegeven aan gezondheidszorg. Vanaf de jaren zestig ontstaat er kritiek op het medisch model. Het lokaliseert ziekte te veel binnen het individu en heeft te weinig aandacht voor invloeden vanuit de omgeving. Er ontstaat een sociaalwetenschappelijk ziektebegrip. Sociale wetenschappen leveren naast de geneeskunde een bijdrage aan het opsporen van risicofactoren. Er is niet alleen kritiek op het medisch model. Ook de intramurale zorg ligt onder vuur. Publicaties als van Goffman, die instellingen beschrijft als totale instituties, leveren een bijdrage aan verbetering van de intramurale zorg.
Jan Stapel, Rob Keukens
9. Verplegen als beroep
Samenvatting
In het nieuwe opleidingsprofiel wordt van verpleegkundigen verwacht dat zij op de hoogte zijn van de historie van het beroep en actuele ontwikkelingen. Beroepsvorming is de resultante van drie processen: differentiatie, institutionalisering en legitimering. Differentiatie houdt in dat een bepaalde activiteit zich afsplitst uit de arbeidsstructuur. Institutionalisering wil zeggen dat een min of meer vast patroon ontstaat in de activiteiten van mensen. Legitimering heeft te maken met zingeving en rechtvaardiging van de beroepsactiviteiten. Versterking van de positie van een beroep wordt professionalisering genoemd. De kenmerkenbenadering beschrijft aan welke kenmerken van het beroep gewerkt moet worden. Een belangrijk aspect is zeggenschap op het eigen vakgebied (autonomie). Daar streven verpleegkundigen ook naar. De nadruk op zelfmanagement van zorgvragers vraagt andere competenties van verpleegkundigen. Het gaat meer om het versterken van de hulpbronnen van en rondom de patiënt. Omdat het gaat om onderhandelen en multiprofessioneel samenwerken, worden communicatieve vaardigheden steeds belangrijker.
Jan Stapel, Rob Keukens
10. Positie en rol van de verpleegkundige
Samenvatting
Het begrip positie duidt op de plaats die iemand inneemt in een structuur in verhouding tot anderen. De positie bepaalt voor een belangrijk deel hoeveel invloed men heeft. Ook voor verpleegkundigen is het belangrijk zicht te hebben op en zich bewust te zijn van de positie die zij innemen. Aan elke positie is een rol gekoppeld. Die rol heeft te maken met de verwachtingen die anderen hebben van iemand in een bepaalde positie. De verpleegkundige moet met al die verwachtingen omgaan en binnen de ruimte die zij heeft een eigen invulling geven aan haar rol. Omdat verwachtingen met elkaar kunnen botsen, kan dat leiden tot interne en externe rolconflicten. De posities die mensen innemen hebben vaak ook te maken met belangen en die belangen kunnen tegenstrijdig zijn. Omdat het vaak gaat om tegenstrijdige belangen kan verplegen ook worden beschouwd als het maken van keuzen.
Jan Stapel, Rob Keukens
11. Positie en rol van de zorgvrager
Samenvatting
In het nieuwe opleidingsprofiel gaat het bij ziek zijn steeds meer om het kunnen functioneren dan om het hebben van aandoeningen. Iemand die te maken krijgt met de gezondheidszorg wordt patiënt genoemd. De rol van patiënt wordt in de sociologische literatuur op een specifieke manier omschreven. Een van de elementen is dat de patiënt niet verantwoordelijk kan worden gesteld voor zijn ziek zijn. Daarom heeft hij recht op zorg. Van mensen wordt tegenwoordig gevraagd verantwoordelijkheid te nemen voor hun eigen gezondheid om te voorkomen dat zij weer in de rol van zieke terechtkomen. In de verpleegkundige literatuur wordt het begrip zorgvrager gebruikt. Van chronisch zieken kan worden gevraagd waar mogelijk de regie in eigen hand te nemen. Ook bij deze mensen ondersteunt en versterkt de verpleegkundige het zelfmanagement. In de GGZ spreekt men van herstelondersteunende zorg. In de zorg voor mensen met een verstandelijke beperking zijn de principes van normalisatie en integratie belangrijk.
Jan Stapel, Rob Keukens
12. Preventie
Samenvatting
Het natuurwetenschappelijk ziektebegrip heeft geleid tot een sterk curatieve oriëntatie van de gezondheidszorg, terwijl veel epidemieën effectief zijn bestreden via preventieve maatregelen. Het belang van preventie wordt door steeds meer mensen onderkend. In sociologische zin is het onderscheid naar primaire (voorkomen van ziekte), secundaire (vroegtijdige signalering) en tertiaire (voorkomen van verergering) preventie van belang evenals de indeling in micro-, meso- en macroniveau. Van elk probleem moet worden geanalyseerd wat de risicofactoren zijn en op welk niveau die liggen. Dat bepaalt voor een belangrijk deel de interventie die men kiest. Een belangrijke vraag is of verpleegkundigen ook een taak hebben met betrekking tot interventies die meer politiek van aard zijn, bijvoorbeeld bestrijden van milieuverontreiniging. Critici plaatsen de nodige kanttekeningen bij het preventiedenken. Preventie sluit aan bij de groeiende angst van de westerse mens voor ongeveer alles en vergroot de angst, aldus de critici. Vooral op bevolkingsonderzoeken is de nodige kritiek.
Jan Stapel, Rob Keukens
13. Verplegen en sociale ongelijkheid
Samenvatting
Sociale ongelijkheid heeft te maken met een ongelijke verdeling van posities. Deze verdeling kan op allerlei criteria gebaseerd zijn: opleiding, inkomen, beroep etc. Sociale klasse, etniciteit en geslacht zijn drie belangrijke criteria aan de hand waarvan sociale ongelijkheid kan worden geanalyseerd. Als het gaat om sociale klasse blijkt dat in het hoger onderwijs kinderen uit de hogere sociale milieus zijn oververtegenwoordigd. Ook op het terrein van de gezondheid zijn de gevolgen groot. In de lagere sociale klassen is de levensverwachting beduidend lager en komen allerlei ziekten veel vaker voor. Deze verschillen bestaan ook tussen allochtonen en autochtonen. Als het gaat om geslacht blijkt dat vrouwen een geweldige inhaalslag hebben gemaakt in het onderwijs. De levensverwachting van vrouwen is hoger dan die van mannen. Verpleegkundigen krijgen te maken met zorgvragers uit alle lagen van de bevolking. Voor een goede zorgverlening is kennis van de achterliggende mechanismen van sociale ongelijkheid van groot belang.
Jan Stapel, Rob Keukens
14. Van verzorgingsstaat naar participatiemaatschappij
Samenvatting
Als gevolg van de geweldige economische ontwikkeling en toegenomen welvaart vanaf de jaren zestig van de vorige eeuw ontstond er een samenleving die sindsdien verzorgingsstaat wordt genoemd. Vanaf de jaren negentig is er steeds meer kritiek op de verzorgingsstaat gericht op de onbetaalbaarheid, de onbeheersbaarheid en de dubieuze ideologie. De economische crisis leidde tot tal van bezuinigingen. De noodzaak om te bezuinigen en de toegenomen mondigheid van de burger leidden tot plannen om de verzorgingsstaat om te vormen in een participatiesamenleving. De invoering van de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) is een heel belangrijke stap in dit kader. De landelijke overheid stoot een aantal taken af naar gemeentelijk niveau. Met deze omvorming gaat wel een flinke bezuiniging gepaard. Er is ook kritiek op deze ontwikkeling. Critici zijn bang dat de solidariteit onder druk komt te staan en dat de meest kwetsbaren in de samenleving de dupe worden.
Jan Stapel, Rob Keukens
15. De rol van de gezondheidszorg in de samenleving
Samenvatting
Elke samenleving heeft een aantal waarden en normen die heel belangrijk worden gevonden. Dit is het maatschappelijk referentiekader. Dit referentiekader verandert in de loop van de geschiedenis steeds van kleur. Tot in de jaren zestig was religie voor veel mensen heel belangrijk. Geloof drong door tot in alle facetten van het leven. Vanaf de jaren zestig van de vorige eeuw wordt geloof steeds minder belangrijk. De waarde gezondheid rukt op. Dit wordt de medicalisering van de samenleving genoemd. In de jaren negentig krijgt het referentiekader een steeds economischer kleur. Twee belangrijke aspecten zijn de marktwerking in de gezondheidszorg en de opkomst van de manager. Vanaf het begin van deze eeuw is er nog een ander referentiekader zichtbaar en wel het juridische. Veel zaken worden in een juridisch kader geplaatst. De verpleegkundige moet functioneren in een gezondheidszorg die sterk wordt beïnvloed door dit soort maatschappelijke ontwikkelingen.
Jan Stapel, Rob Keukens
16. Kwaliteit van zorg
Samenvatting
Mondige burgers eisen kwaliteit op tal van levensgebieden. Dat geldt ook voor de gezondheidszorg. Belangrijk is te definiëren wat verstaan wordt onder kwaliteit van zorg en te operationaliseren wat dat betekent. Kwaliteit moet immers meetbaar en toetsbaar zijn. Er wordt veel onderzoek gedaan naar kwaliteit. Vooral in verpleeg- en verzorgingshuizen laat de kwaliteit nogal eens te wensen over. Resultaten van onderzoek worden gepubliceerd. Dat stimuleert om maatregelen te nemen om een en ander te verbeteren. Kwaliteit is afhankelijk van de deskundigheid en motivatie van de individuele beroepsbeoefenaren, maar dat is niet het enige. Instellingen moeten voorwaarden creëren, zodat professionals ook kwaliteit kunnen leveren, bijvoorbeeld adequate bijscholing en voldoende personeel. De mogelijkheden om kwaliteit te leveren worden ook beïnvloed door allerlei ontwikkelingen in de samenleving. Van verpleegkundigen mag worden verwacht dat zij op de hoogte zijn van deze ontwikkelingen en er rekening mee houden in hun zorgverlening.
Jan Stapel, Rob Keukens
Nawerk
Meer informatie
Titel
Sociologie voor gezondheidszorg en verpleegkunde
Auteurs
Jan Stapel
Rob Keukens
Copyright
2016
Uitgeverij
Bohn Stafleu van Loghum
Elektronisch ISBN
978-90-368-1005-0
Print ISBN
978-90-368-1004-3
DOI
https://doi.org/10.1007/978-90-368-1005-0