Skip to main content
Top

2012 | OriginalPaper | Hoofdstuk

8. Scoring en interpretatie

Auteurs : Liesbeth Schlichting, Henk lutje Spelberg

Gepubliceerd in: Schlichting Test voor Taalproductie-II

Uitgeverij: Bohn Stafleu van Loghum

share
DELEN

Deel dit onderdeel of sectie (kopieer de link)

  • Optie A:
    Klik op de rechtermuisknop op de link en selecteer de optie “linkadres kopiëren”
  • Optie B:
    Deel de link per e-mail

Samenvatting

Bij diagnostiek gaat het in feite om het vergelijken van gegevens. Als het gaat om testprestaties wordt een testscore allereerst vergeleken met die van kinderen uit een vergelijkbare populatie. Bij de Schlichting Test voor Taalproductie-II gaat het daarbij om kinderen van dezelfde leeftijd met het Nederlands als moedertaal. Voor dat doel worden Q-scores (zie tabel 8.1) gebruikt; in paragraaf 8.1 wordt beschreven hoe deze worden bepaald. In paragraaf 8.2 wordt vervolgens ingegaan op diverse interpretatiemogelijkheden van de scores, gebaseerd op vergelijkingen met leeftijdgenootjes, met de kenmerken geslacht en sociaaleconomische status, met prestaties op andere tests en met eerder behaalde scores op dezelfde test. Paragraaf 8.3 geeft aan hoe het Taalquotiënt gevonden kan worden.
Tabel 8.1
Namen en afkortingen van de Q-scores
Onderdeel
Naam Q-scoreN
Afkorting Q-score
Normtabel staat in bijlage
Woordontwikkeling
Woordquotient
WQ
9 (NL) en 14 (VL)
Zinsontwikkeling
Zinsquotient
ZQ
10 (NL) en 15 (VL)
Pseudowoorden
Pseudowoordquotient
PsQ en PsQ2
11 (NL+VL)
Verhaaltest
Verhaalquotient
VQ
12 (NL+VL)
Auditief Geheugen
Auditief Geheugenquotient
AGQ
13 (NL+VL)
Metagegevens
Titel
Scoring en interpretatie
Auteurs
Liesbeth Schlichting
Henk lutje Spelberg
Copyright
2012
Uitgeverij
Bohn Stafleu van Loghum
DOI
https://doi.org/10.1007/978-90-313-9842-3_8