Samenvatting
Anatomie in vivo van de romp en hals omvat de inspectie en palpatie van botten, spieren, gewrichten, bloedvaten en zenuwen. Ook de projectie van organen op de huid wordt ertoe gerekend. De oppervlakkige rompspieren behoren vanuit functioneel gezichtspunt voor een groot deel tot de bovenste extremiteit. Topografisch hebben deze spieren belangrijke relaties met de dieper gelegen, intrinsieke spieren van de romp. Omdat het niet goed mogelijk is de intrinsieke spieren te behandelen zonder eerst de oppervlakkige spieren te bespreken is ervoor gekozen om in dit hoofdstuk alle spieren te beschrijven die geheel of gedeeltelijk op de romp zijn gelegen, en daarbij ook de botten waarop deze spieren aanhechten, zoals de clavicula, de scapula, het proximale deel van de humerus en craniale delen van het bekken. Het projecteren van organen op de huid versterkt het beeld van hun onderlinge ligging.