Skip to main content
Top

2016 | OriginalPaper | Hoofdstuk

40. Radiologisch onderzoek

Auteurs : Dr. B. Jacobs, Prof. dr. J.W. Snoek, Prof. dr. E.Ch. Wolters

Gepubliceerd in: Leidraad neurologie

Uitgeverij: Bohn Stafleu van Loghum

share
DELEN

Deel dit onderdeel of sectie (kopieer de link)

  • Optie A:
    Klik op de rechtermuisknop op de link en selecteer de optie “linkadres kopiëren”
  • Optie B:
    Deel de link per e-mail

Samenvatting

Op dit moment zijn voor de neurologische praktijk de meest belangrijke radiologische onderzoeksmethoden de computed tomography (CT-)scan en magnetic resonance imaging (MRI-)scan. Deze onderzoeken worden voornamelijk ingezet voor het afbeelden van het centrale zenuwstelsel (hersenen en ruggenmerg). In de acute fase is voor de CT-scan een belangrijke rol weggelegd, met name ter uitsluiting van de aanwezigheid van een intracraniële bloeding bij verdenking op een beroerte, maar ook na een trauma. Bij MRI wordt gebruikgemaakt van een krachtig magneetveld om het zenuwstelsel in hoog detail af te beelden. Naast de structuur van het zenuwstel en afwijkingen daarvan, kan het functioneren van de hersenen worden afgebeeld. Dit gebeurt met behulp van positron emission tomography (PET-)scan en single photon emission computed tomography (SPECT-)scan onderzoek, waarbij gebruik wordt gemaakt van radioactieve isotopen.
Metagegevens
Titel
Radiologisch onderzoek
Auteurs
Dr. B. Jacobs
Prof. dr. J.W. Snoek
Prof. dr. E.Ch. Wolters
Copyright
2016
Uitgeverij
Bohn Stafleu van Loghum
DOI
https://doi.org/10.1007/978-90-368-0556-8_40