Extract
Ongeveer 90% van alle verzekeringsartsen is in dienst van één grote organisatie. Dat heeft belangrijke nadelen. Niet de minste is, dat het verschil tussen professional en functionaris is verbleekt en de blik naar binnen gericht. Daarom loont het de moeite eens te kijken naar de beroepsuitoefening in de private sector. De daar werkzame vakgenoten zijn vaak huisarts of medisch specialist geweest, velen zijn niet gekwalificeerd als verzekeringsarts. Hun takenpakket varieert van letselschade en arbeidsongeschiktheid tot reis- en levensverzekeringen. Een deel werkt alleen met papier en spreekt zelden of nooit zelf cliënten. Delegatie van taken aan leken – schaderegelaars – is heel gewoon. Bij enkele verzekeraars gaat de arbeidsdeskundige als eerste met cliënten aan de slag. Het kostenbewustzijn is groot; maar juist daarom wordt bij de uitvoering niet zo gauw op een euro meer of minder gekeken. De private uitvoering heeft weinig last van de politieke waan van de dag omdat alles opeens weer anders moet of omdat een lobby heeft geklaagd in Den Haag. De bijeenkomsten van de zustervereniging van medisch adviseurs worden uitstekend bezocht, de sfeer is ontspannen, met een goed glas wijn worden in de wandelgangen zaken gedaan en er wordt weinig gezeurd. …