01-11-2017 | Psychologie | Nieuws
Slachtoffer kindermishandeling komt vaak uit eenoudergezin
44 Procent van het aantal geregistreerde slachtoffers van kindermishandeling komt uit een eenoudergezin. Daarnaast is het aantal slachtoffers relatief groot in gezinnen met niet-werkende ouders. Dit blijkt uit recent onderzoek dat door het CBS is uitgevoerd in opdracht van het ministerie van Veiligheid en Justitie.
Het CBS onderzocht de gezinskenmerken van slachtoffers van kindermishandeling, op basis van registratiedata van de zestien Advies- en Meldpunten Kindermishandeling (AMK). Het betreffen cijfers over het jaar 2014. Het CBS laat weten dat er uit de studie geen conclusies kunnen worden getrokken over oorzakelijke verbanden.
Leeftijd
19.340 Slachtoffers van kindermishandeling stonden in 2014 geregistreerd bij de AMK’s. Dit zijn 6 op de 1.000 kinderen. Vooral kinderen t/m 11 jaar zijn relatief vaak slachtoffer. Kinderen tussen 12 en 17 jaar werden minder vaak geregistreerd als slachtoffer.
Gezinssamenstelling
44 procent van de slachtoffers van kindermishandeling zijn afkomstig uit een eenouderhuishouden. Van het totaal aantal kinderen onder 18 jaar woont 15 procent in een eenouderhuishouden. Daarnaast komen slachtoffers minder vaak uit gezinnen met twee kinderen. Grote gezinnen met drie of meer kinderen of juist kleine gezinnen met één kind komen naar verhouding vaker voor in de registratiesystemen van de AMK’s.
Werksituatie
Van de slachtoffers van kindermishandeling heeft bijna 40 procent twee ouders die niet werken. Ter vergelijking: van alle kinderen onder 18 jaar heeft ongeveer 10 procent ouders die beiden niet werken.