Skip to main content
Top

2015 | OriginalPaper | Hoofdstuk

20. Persoonlijkheidsstoornissen

Auteur : R. van Deth

Gepubliceerd in: Psychiatrie

Uitgeverij: Bohn Stafleu van Loghum

share
DELEN

Deel dit onderdeel of sectie (kopieer de link)

  • Optie A:
    Klik op de rechtermuisknop op de link en selecteer de optie “linkadres kopiëren”
  • Optie B:
    Deel de link per e-mail

Samenvatting

Persoonlijkheidsstoornissen kunnen in drie groepen onderscheiden worden:
1.
Cluster A wordt gekenmerkt door vreemde of excentrieke gedragingen en bestaat uit paranoïde, schizoïde- en schizotypische-persoonlijkheidsstoornissen. Deze groep stoornissen lijkt sterk op schizofrenie, maar wanen en hallucinaties ontbreken.
 
2.
Cluster B heeft dramatische, emotionele, of onvoorspelbare gedragingen gemeen en bestaat uit de antisociale-, borderline-, histrionische- en narcistische-persoonlijkheidsstoornissen.
 
3.
Bij cluster C staat angst centraal en hiertoe behoren de vermijdende-, afhankelijke- en dwangmatige-persoonlijkheidsstoornis.
 
Persoonlijkheidsstoornissen ontstaan in een wisselwerking tussen biologische, psychologische en sociale factoren. Specifieke psychotherapievormen zijn voor deze stoornissen de aangewezen vorm van behandeling: psychodynamische (overdrachtsgerichte en mentaliseren bevorderende therapie) en cognitief-gedragstherapeutische (dialectische gedragstherapie en schemagerichte therapie). Met deze betrekkelijk recente vormen van psychotherapie zijn de resultaten van behandeling bij persoonlijkheidsstoornissen verbeterd. Blijvende veranderingen in de persoonlijkheid vragen echter jarenlange, intensieve therapie. Een aantal persoonlijkheidsstoornissen wordt vanaf het veertigste levensjaar vanzelf minder.
Bijlagen
Alleen toegankelijk voor geautoriseerde gebruikers
Metagegevens
Titel
Persoonlijkheidsstoornissen
Auteur
R. van Deth
Copyright
2015
Uitgeverij
Bohn Stafleu van Loghum
DOI
https://doi.org/10.1007/978-90-368-0907-8_20

Gerelateerde informatie