Skip to main content
Top

2017 | OriginalPaper | Hoofdstuk

16. Persoonlijkheidsstoornissen

Auteur : Ron van Deth

Gepubliceerd in: Inleiding in de psychopathologie

Uitgeverij: Bohn Stafleu van Loghum

share
DELEN

Deel dit onderdeel of sectie (kopieer de link)

  • Optie A:
    Klik op de rechtermuisknop op de link en selecteer de optie “linkadres kopiëren”
  • Optie B:
    Deel de link per e-mail

Samenvatting

Persoonlijkheidsstoornissen worden gekenmerkt door duurzame, starre patronen van cognities, emoties en gedragingen, die in de adolescentie of vroege volwassenheid zijn ontstaan. De volgende persoonlijkheidsstoornissen worden onderscheiden:
  • Cluster A: paranoïde-, schizoïde-, en schizotypische-persoonlijkheidsstoornis
  • Cluster B: antisociale-, borderline-, histrionische-, en narcistische-persoonlijkheidsstoornis
  • Cluster C: vermijdende-, afhankelijke-, en dwangmatige-persoonlijkheidsstoornis
De meeste behandelingen van persoonlijkheidsstoornissen zijn primair ontwikkeld voor de borderline-persoonlijkheidsstoornis. Farmacotherapie heeft vooral het karakter van symptomatologische behandeling. Vanuit psychodynamisch perspectief richt de mentaliseren bevorderende therapie zich bij borderlinepatiënten op het verbeteren van het mentaliserend vermogen met name in periodes van verhoogd emotioneel arousal in interpersoonlijke relaties. Daarnaast zijn twee specifieke, evidence-based vormen van cognitieve gedragstherapie ontwikkeld: schematherapie en dialectische gedragstherapie. Doel van schematherapie is het herkennen, activeren en veranderen van disfunctionele cognitieve schema’s. Dialectische gedragstherapie richt zich vooral op het verminderen van zelfdestructief gedrag en het verwerven van vaardigheden rond interpersoonlijke contacten, zelf- en emotieregulering en frustratietolerantie.
Metagegevens
Titel
Persoonlijkheidsstoornissen
Auteur
Ron van Deth
Copyright
2017
Uitgeverij
Bohn Stafleu van Loghum
DOI
https://doi.org/10.1007/978-90-368-1045-6_16