Samenvatting
Psychodiagnostiek van autismespectrumstoornis (ASS) bij volwassenen wordt in de praktijk vaak beschouwd als complex en ingewikkeld, onder meer op grond van veelvoorkomende comorbiditeit en differentiële diagnosen. Vaak komt daarbij de vraag of er sprake is van ASS en/of persoonlijkheidspathologie. Dit hoofdstuk neemt de psychodiagnosticus mee in de te nemen stappen en de daarbij te gebruiken meetinstrumenten in de psychodiagnostiek van ASS, en de mogelijke indicaties voor aanvullend persoonlijkheidsonderzoek. Een casus illustreert hoe de psychodiagnosticus informatie uit gesprek en observatie en scores op meetinstrumenten interpreteert en daarmee verschillende bronnen integreert om zo ASS en persoonlijkheidspathologie te overwegen zonder zich blind te staren op de scores op meetinstrumenten. Tot slot wordt besproken dat de psychodiagnosticus de (differentieel)diagnostische overwegingen dient te maken op grond van kennis, kunde en ervaring met de betreffende concepten.