Samenvatting
Pijn vanuit oogheelkundig perspectief is ingedeeld in: oogpijn, perioculaire pijn, oogbewegingspijn en hoofdpijn. De visusklacht is een belangrijke indicator voor de ernst van de afwijking. Op de SEH maakt men eerst een grove schatting van de visus (1,0 bij gezonde ogen), door handbewegingen, vingers tellen en letters lezen; bij comateuze patiënten en kinderen beoordeelt men de pupilreacties. Er volgt uitwendig oogonderzoek met een lampje: helder hoornvlies, zichtbare iris en niet-vervormde pupil die goed op licht reageert. Gezichtsveldklachten kunnen een oogheelkundige én een neurologische oorzaak hebben. Welke structuren bij een oogtrauma beschadigd worden, hangt af van het object van inslag. Toegelicht worden: corpus alienum, orbitawandfractuur, contusio bulbi, penetratio bulbi, chemisch oogletsel, lasoog, en oogbloedingen door shaken-babysyndroom. Acuut glaucoom kan lijken op oogontsteking, maar door de acute drukstijging is het hoornvlies troebel en onregelmatig en er is een midwijde lichtstijve pupil alsmede wazig zicht met kringen rond lichtbronnen.