Inleiding
Voor goede diagnostiek van seksueel misbruik is het allereerst noodzakelijk om de signalen van kinderen goed te herkennen. Dit is echter niet eenvoudig. Jonge kinderen praten vaak (nog) niet over wat er met hen gebeurd is. Enerzijds komt dit doordat het jonge kinderen nog ontbreekt aan verbale mogelijkheden die nodig zijn om over het gebeurde te praten, en het heel moeilijk is (ook voor volwassenen) om over een ervaring te spreken waar je je voor schaamt of die je niet goed begrijpt. Anderzijds komt dit door de dader, die hen dwingt tot geheimhouding op straffe van voor hen ernstige consequenties, zoals verdriet dat zij de moeder dan aandoen, gevangenisstraf voor de vader (als die de dader is), straf voor het kind en kindertehuisplaatsing voor het kind. Bovendien speelt ook schuldbesef van het jonge kind een rol. Volgens Piaget denken jonge kinderen dat zij het centrum zijn van alles wat er gebeurt; alles is bepaald door hun gedrag. Gevolg hiervan kan zijn: ongegrond schuldgevoel, verlies van zelfrespect, aangeleerde hulpeloosheid (als iemand geleerd heeft dat hij geen invloed heeft op gebeurtenissen en zich daarom niet weet te helpen) en depressies. Daarnaast verloopt het proces tot het daadwerkelijke seksueel misbruik meestal heel geleidelijk. Via technieken zoals isoleren, vertrouwen winnen, bevoorrechten en geheimhouding afdwingen manoeuvreert de pleger het kind in een positie waarin het zich medeverantwoordelijk gaat voelen voor het misbruik. Dit proces wordt ook wel ‘grooming’ genoemd. Op het moment dat het kind zich gaat realiseren dat er iets gebeurt ‘wat hij niet leuk vindt’, is het stadium van medeplichtigheid en schuldgevoel al in gang gezet. Andere redenen dat kinderen niet praten over wat hen is overkomen, zijn onder andere onwetendheid over de toegankelijkheid van hulpverleningsinstellingen, angst niet geloofd te worden en loyaliteit tegenover de ouders, als zij de plegers zijn. Het is voor kinderen onverdraaglijk te beseffen dat je ouders, van wie je afhankelijk bent en aan wie je je bestaansrecht te danken hebt, niet diegenen zijn die je beschermen. Dit alles impliceert dat kinderen voor het beëindigen van het seksueel misbruik en hulpverlening afhankelijk zijn van de alertheid van volwassenen in hun omgeving.