Inleiding
Nitraten worden vanouds gebruikt voor de behandeling van angina pectoris en de laatste jaren steeds meer voor de behandeling van hartfalen (voor een overzicht zie tabel 19.2). Lagere doseringen veroorzaken veneuze vaatverwijding, terwijl hogere doseringen de systemische, alsook de coronaire arteriën dilateren. De klinische werking berust vooral op verlaging van de preload via verwijding van veneuze bloedvaten. Ook vermindering van de afterload via arteriële vaatverwijding speelt een rol. De bijdrage van coronaire vaatverwijding aan het antiangineuze effect is nog onderwerp van discussie. De vaatverwijding door nitraten komt tot stand via stimulatie van de aanmaak van de second messenger cGMP door het eindproduct stikstofoxide (NO). Dit NO bleek dezelfde stof als Endothelium Derived Relaxing Factor (EDRF). Voor de uiteindelijke vorming van NO zijn SH-groepen belangrijk.