De auteurs van dit literatuuronderzoek selecteerden 29 klinische trials met in totaal 1349 kinderen met chronische ziekten. In deze onderzoeken werden psychologische behandelingen die waren gericht op angst en depressie vergeleken met een controlebehandeling. Er was veel variatie in behandelingen tussen de onderzoeken. De meeste onderzoeken evalueerden cognitieve gedragstherapie (9 onderzoeken) of het aanleren van copingstrategieën (3 onderzoeken) als interventie. De meest voorkomende controlebehandeling was standaardzorg (9 onderzoeken).