Samenvatting
Nierstenen kunnen zich vormen in de calices en het pyelum. Stenen die worden gevormd in een calyx hoeven geen klachten te geven. Wanneer een steen vanuit de calyx in het pyelum terechtkomt en het lichaam de steen met de urine probeert te transporteren, dan kan deze steen vast komen te zitten op de overgang tussen pyelum en ureter, of in de ureter. De oorzaak van niersteenlijden is vaak onbekend, maar kan in sommige gevallen gevonden worden in bijvoorbeeld chronische urineweginfecties, hyperparathyroïdie of stasis van urine in de urinewegen. De therapie is afhankelijk van de grootte en de locatie van de steen. Kleine stenen worden vaak uitgeplast met de urine. Grotere stenen kunnen worden behandeld door middel van extracorporal shockwave lithotripsy (ESWL), een ureterorenoscopie (URS), een percutane nefrolitholapaxie (PNL) of, in het uiterste geval, een pyelolithotomie.