2011 | OriginalPaper | Hoofdstuk
NHG-Standaard Anemie
Gepubliceerd in: NHG- Standaarden voor de huisarts 2011
De NHG-Standaard Anemie geeft richtlijnen voor diagnostiek en beleid bij patiënten bij wie een te laag hemoglobine (Hb) is vastgesteld. De indicatiestelling voor de bepaling van het Hb valt buiten het bestek van deze standaard. De standaard adviseert om bij de beoordeling of het Hb te laag is uit te gaan van de referentiewaarden die het regionale huisartsenlaboratorium hanteert. Voor diagnostiek en beleid bij anemie tijdens een zwangerschap wordt verwezen naar de NHG-Standaard Zwangerschap en kraamperiode, tenzij een oorzaak wordt vermoed die geen verband houdt met de zwangerschap. Anemie kan het gevolg zijn van een grote verscheidenheid aan aandoeningen. Met het oog op het diagnostisch beleid is in deze standaard voor de indeling van anemieën uitgegaan van het gemiddelde celvolume van de erytrocyt (MCV:
mean corpuscular volume
). Op grond hiervan worden micro-, macro- en normocytaire anemieën onderscheiden. De op grond van hun incidentie belangrijkste microcytaire anemieën zijn de ijzergebreksanemie en de ’anemie door een chronische ziekte’. Steeds vaker zal een microcytaire anemie - vooral de milde vorm - het gevolg zijn van dragerschap van een thalassemie doordat het deel van de bevolking dat een allochtone achtergrond heeft, toeneemt. Naar schatting is 2 tot 10% van de allochtone bevolking drager van deze en andere hemoglobinopathieën, afhankelijk van de herkomst en het type defect. De belangrijkste macrocytaire anemieën zijn die ten gevolge van vitamine-B
12
- gebrek (met name de pernicieuze anemie) en foliumzuurgebrek. Een normocytaire anemie is meestal een ijzergebreksanemie in het beginstadium of een ’anemie door een chronische ziekte’.