Gepubliceerd in:
2019 | OriginalPaper | Hoofdstuk
6. Neurobiologische ontwikkelingsstoornissen
Samenvatting
-
Bij neurobiologische ontwikkelingsstoornissen gaat het om problemen in de ontwikkeling, waarbij hersenafwijkingen een belangrijke rol spelen. Ze beginnen in de kindertijd, maar duren vaak tot in de volwassenheid voort. De belangrijkste zijn: verstandelijke beperking, autismespectrumstoornis, ADHD en ticstoornissen.
-
Mensen met een verstandelijke beperking hebben een lager IQ en hebben in meer of mindere mate moeite zich zelfstandig te handhaven in de samenleving. Een verstandelijke beperking kan tal van oorzaken hebben.
-
Autismespectrumstoornis (ASS) gaat gepaard met tekortkomingen in sociale communicatie, beperkte, stereotiepe gedragspatronen en eenzijdige interesses. Cognitief-gedragstherapeutische technieken leren cliënten vooral om te gaan met de beperkingen.
-
Mensen met ADHD zijn onrustig, chaotisch en ongeorganiseerd, waardoor zij dikwijls negatieve reacties oproepen. Cognitieve gedragstherapie – soms in combinatie met medicatie – en een helder gestructureerde omgeving kan het verloop gunstig beïnvloeden.
-
Ticstoornissen (waaronder het tourettesyndroom) worden gekenmerkt door onopzettelijke, herhaalde motorische bewegingen of verbale uitingen. Naast sommige antipsychotica en clonidine worden vaak cognitief-gedragstherapeutische technieken geadviseerd.