Skip to main content
Top

2009 | Boek

Je bibbers de baas

Faalangsttraining voor kinderen

Auteur: Drs. Marianne van der Zalm-Grisnich

Uitgeverij: Bohn Stafleu van Loghum

insite
ZOEKEN

Over dit boek

Je bibbers de baas is een training om faalangst bij kinderen van 9 tot 12 jaar te verminderen. Faalangst is een vorm van angst die je in je greep krijgt als je iets moet presteren. Faalangst is altijd gekoppeld aan iets wat moet, van jezelf of van een ander. Die angst werkt belemmerend, soms zelfs verlammend. De vrees om te mislukken bepaalt volledig het denken.Gebleken is dat het overgrote deel van de kinderen die aan deze trainingen deelgenomen hebben, er ook echt baat bij hadden. Direct na de training was er al sprake van minder angst. Ook in het voortgezet onderwijs was dit effect nog goed merkbaar. Kinderen met andere vormen van angst bleken eveneens baat te hebben bij deze training. Deze handleiding is in feite een draaiboek, dat stap-voor-stap weergeeft wat op welk moment van de trainers verwacht wordt. Elke trainer kan er direct mee aan de slag. Alle benodigde materialen zijn bijgevoegd of zijn te downloaden via www.bsl.nl/faalangst. Voor de kinderen die deze training volgen, is er een speciaal werkboek, waarmee ze ook thuis kunnen oefenen.Je bibbers de baas is een gestructureerde handleiding bij een faalangsttraining die gegeven kan worden door orthopedagogen, kinderpsychologen, gedragstherapeuten of psychotherapeuten. Daarnaast kan er een rol weggelegd zijn voor de leerkracht/Intern Begeleider als tweede trainer. Deze training is gebaseerd op de cognitieve gedragstherapie.Je bibbers de baas is een gestructureerde handleiding bij een faalangsttraining die gegeven kan worden door orthopedagogen, kinderpsychologen, gedragstherapeuten of psychotherapeuten. Daarnaast kan er een rol weggelegd zijn voor de leerkracht/Intern Begeleider als tweede trainer. Deze training is gebaseerd op de cognitieve gedragstherapie.

Inhoudsopgave

Voorwerk

Achtergrond en opzet

1. Inleiding
Abstract
Deze faalangsttraining is ontstaan toen een basisschoolmij vroeg een faalangsttraining voor de bovenbouw bij hen op school te verzorgen. Er bestond nog geen enkel draaiboek voor de basisschool.We begonnen daarommet het boek Handboek faalangsttraining van Nieuwenbroek e.a. (1998) als leidraad. Gaandeweg bleek dat voor onze doelgroep behoefte was aanmeer concrete en bij de belevingswereld van het wat jongere kind aansluitende leer- en oefenstof. De leerkracht waarmee ik de training gaf, bleek behoefte te hebben aan een volledig uitgewerkt draaiboek. Met daarin precies aangegeven welkematerialen nodig zijn per oefening of bespreking,maar ookmetmeer letterlijk uitgeschreven uitleg. Niet zozeer omdirect voor te lezen of uit het hoofd te leren,maar voor een indruk van demanier waarop je de stof op kindniveau kunt bespreken. Dematerie rondomde vier G’s is immers vrij abstract en voor kinderen, zonder goede uitleg en begeleiding, soms nog lastig toepasbaar.
Marianne van der Zalm-Grisnich
2. Over faalangst
Abstract
Faalangst is een vormvan angst die opkomt als je ietsmoet presteren of als je denkt dat je ietsmoet presteren, terwijl je bang bent dat het je niet gaat lukken. Faalangst is altijd gekoppeld aan een taak of een opdracht. Die angst werkt belemmerend.
Marianne van der Zalm-Grisnich
3. De training
Abstract
De training is gebaseerd op de cognitieve gedragstherapie. Albert Ellis en Aäron Beck zijn de grondleggers van de cognitieve psychotherapie in de jaren zestig van de vorige eeuw. Ellis (1962) legt de nadruk op het idee dat irrationele opvattingen verantwoordelijk zijn voor alle soorten van neurotische psychopathologie. Beck (1976) verklaart emotionele stoornissen als het gevolg van disfunctionele schema’s die zorgen voor het in stand houden van de klachten. (Met een schema wordt bedoeld: gegeneraliseerde kennis van de wereld, de persoon zelf en de interactie tussen die persoon en de buitenwereld.) Disfunctionele schema’s komen tot uitdrukking in denkfouten en automatische gedachten. Beck formuleert hypothesen over specifieke disfunctionele schema’s, onder andere voor angststoornissen als volgt. Angststoornissen zijn volgens hem gebaseerd op een hoge verwachting van gevaar, gecombineerd met een lage verwachting van eigen mogelijkheden om de situatie het hoofd te bieden. Daarbij is sprake van selectieve aandacht in de situatie en een selectieve interpretatie van de situatie.
Marianne van der Zalm-Grisnich
4. De bijeenkomsten
Abstract
De bijeenkomsten hebben een duidelijke structuurmet steeds een aantal vaste elementen. Vaste rituelen zijn belangrijk voor kinderen. Deze geven veiligheid en structuur, en dat is erg belangrijk in een training waarin best spannende dingen gedaanmoeten worden. Het programma ziet er steeds als volgt uit. (Voor de kinderen geeft het houvast als het programma altijd op het bord of een flipover staat bij binnenkomst.)
Marianne van der Zalm-Grisnich
5. Toepassing, vereisten en procedures
Abstract
De training kan gebruikt worden door orthopedagogen en (kinder)psychologen in een vrijgevestigde praktijk of (ggz-)instelling. Soms zal het dan gaan omkinderen die al bekend zijn, omdat ze een vormvan therapie volgen of gevolgd hebben. Maar er kan ook gewerkt wordenmet een open inschrijving door middel van advertenties.
Marianne van der Zalm-Grisnich
6. Schematisch overzicht van de training
Marianne van der Zalm-Grisnich

Draaiboek ouder- en leerkrachtbijeenkomsten

D.2. Draaiboek ouder- en leerkrachtbijeenkomsten
Marianne van der Zalm-Grisnich

Draaiboek kinderbijeenkomsten

D.3. Draaiboek kinderbijeenkomsten
Marianne van der Zalm-Grisnich
Nawerk
Meer informatie
Titel
Je bibbers de baas
Auteur
Drs. Marianne van der Zalm-Grisnich
Copyright
2009
Uitgeverij
Bohn Stafleu van Loghum
Elektronisch ISBN
978-90-313-7431-1
Print ISBN
978-90-313-7430-4
DOI
https://doi.org/10.1007/978-90-313-7431-1