Skip to main content
Top

2014 | OriginalPaper | Hoofdstuk

40. Medische opleidingen en beroepsuitoefening in verleden en heden

Auteur : Lode Wigersma

Gepubliceerd in: Veranderende samenwerking in de zorg

Uitgeverij: Bohn Stafleu van Loghum

share
DELEN

Deel dit onderdeel of sectie (kopieer de link)

  • Optie A:
    Klik op de rechtermuisknop op de link en selecteer de optie “linkadres kopiëren”
  • Optie B:
    Deel de link per e-mail

Samenvatting

De CanMEDS-competenties, waar al in het KNMG-rapport De arts van straks aan werd gerefereerd, zijn de afgelopen jaren gemeengoed geworden bij het denken over en vormgeven van de opleidingen in de geneeskunde. Er valt echter nog wel wat te winnen. De algemene competenties moeten meer uit de verf komen. Het bouwwerk van beroepen en opleidingen dat we al kennen zal moeten veranderen onder invloed van vergrijzing, multimorbiditeit, de preventie van welvaartsziekten en ontwikkelingen als zorgconcentratie, parttime werken, taakherschikking en beperkte budgetten. Het aantal overdrachts- en samenwerkingsmomenten neemt sterk toe. Ook zullen patiënten vaker de regie in eigen hand nemen en zelf keuzes maken. Deze zaken stellen hoge eisen aan de overdracht van informatie en het beleggen en borgen van verantwoordelijkheden in de zorgketen.
Voetnoten
1
Koninklijke Nederlandsche Maatschappij tot bevordering der Geneeskunst, de landelijke federatie van zeven artsenverenigingen: Landelijke Huisartsen Vereniging, Orde van Medisch Specialisten, Landelijke vereniging van Artsen in Dienstverband, Koepel Artsen Maatschappij en Gezondheid, Vereniging Specialisten Ouderengeneeskunde, Nederlandse Verenging voor Arbeids- en Bedrijfsgeneeskunde, Nederlandse Vereniging voor Verzekeringsgeneeskunde.
 
2
Specialisten zijn artsen die een door het CGS erkende vervolgopleiding hebben afgerond en in het RGS-specialistenregister zijn geregistreerd. Hieronder worden verstaan: huisartsen, specialisten ouderengeneeskunde, artsen voor verstandelijk gehandicapten, medisch (klinisch) specialisten, sociaalgeneeskundigen.
 
3
Het Centraal College Medische Specialismen (CCMS), het College Huisarts- en Verpleeghuisgeneeskunde en geneeskunde voor verstandelijk gehandicapten (CHVG), en het College Sociale Geneeskunde (CSG). Deze drie colleges zijn in 2011 samengevoegd tot het College Geneeskundige Specialismen (CGS).
 
4
Resp. Nederlandse Federatie van Universitair medische centra, Nederlandse Vereniging van Ziekenhuizen, Stichting Topklinische Ziekenhuizen, Huisartsopleiding Nederland (samenwerkingsverband van 8 universitaire huisartsopleidingen), Koepel Artsen Maatschappij en Gezondheid, Orde van Medisch Specialisten, Landelijke vereniging van Assistent-Geneeskundigen, Jonge Orde (medisch specialisten in opleiding).
 
5
Dit Kwaliteitskader bevat één set kwaliteitsnormen voor alle specialismen en profielartsen. Het kwaliteitskader bestrijkt acht kwaliteitsdomeinen voor medische zorg. Deze zijn uitgewerkt in aanbevelingen aan artsen en hun wetenschappelijke verenigingen. Zij krijgen zo een totaaloverzicht van de gangbare kwaliteitseisen, in onderlinge samenhang bezien: van bevoegd handelen tot visitatie, van nascholingseisen tot omgaan met incidenten. Het kwaliteitskader maakt duidelijk wat de eigen beroepsgroep en de maatschappij van elke arts en elke wetenschappelijke vereniging verwachten op het terrein van kwaliteitsbevordering en het afleggen van verantwoording.
 
Metagegevens
Titel
Medische opleidingen en beroepsuitoefening in verleden en heden
Auteur
Lode Wigersma
Copyright
2014
Uitgeverij
Bohn Stafleu van Loghum
DOI
https://doi.org/10.1007/978-90-313-9973-4_40