Skip to main content
Log in

Aanpak van zelfverwondend gedrag bij psychiatrische patiënten

  • Consult
  • Published:
Psychopraxis

Abstract

Zelfverwonding is een probleem dat waarschijnlijk vaak over het hoofd wordt gezien bij de diagnose en behandeling van psychiatrische patiënten. Dit kan deels een gevolg zijn van het verbergen van dit gedrag door de patiënten zelf. Eigen onderzoek toont echter duidelijk dat wanneer patiënten worden geconfronteerd met specifieke en directe vragen, zij wel bereid zijn over hun zelfverwondend gedrag te vertellen. Zelfs een op het oog zo onschuldig gedrag als haren uittrekken (in ernstige vormen bekend als trichotillomanie), kan gerelateerd zijn aan een meer algemeen patroon van impulsiviteit. Het kan de onderzoeker leiden naar ander zelfverwondend gedrag en/of tekenen van psychologische verwarring, waarbij elk van de problemen een deel van een complexe keten vertegenwoordigt. Over de aanpak van zelfverwondend gedrag bij verstandelijk gehandicapten bestaat uitvoerige (vooral gedragstherapeutische) literatuur, maar daarbuiten is weinig te vinden. Zelfverwonding in het kader van een psychotische stoornis (bijvoorbeeld ernstige zelfverminking bij schizofrenie) vergt meestal een behandeling van de psychose zelf om het gedrag te doen stoppen. In deze bijdrage gaat het om allerlei vormen van zelfverwondend gedrag (van licht tot ernstig) bij patiënten met een niet-psychotische en niet-organische stoornis. De voorgestelde aanpak berust op eigen klinische ervaring (meer bepaald in de afdeling directieve therapie van de Kliniek Alexianen te Tienen).

This is a preview of subscription content, log in via an institution to check access.

Access this article

Price excludes VAT (USA)
Tax calculation will be finalised during checkout.

Instant access to the full article PDF.

Figuur 1

Notes

  1. Zie o.a. Herpertz S (1995) Self-injurious behaviour: psychopathological and nosological characteristics in subtypes of self-injurers. Acta psychiatrica scandinavica 91: 57-68; Suyemoto KL (1998) The functions of self-mutilation. Clinical psychology review 18: 531-554; Walsh BW & Rosen PM (1988) Self-mutilation: theory, research, and treatment. New York: Guilford Press

  2. Zie ook de rubriek voorlichting van dit nummer: Zelfverwonding - Informatie voor patiënten

  3. 5Literatuur voor de praktijk: Babiker G & Arnold L (1997) The language of injury: comprehending self-mutilation. Leicester: British Psychological Society; Broers E & De Lange J (1998) Hulpverlening bij zelfverwonding in de psychiatrie. Utrecht: Trimbos Instituut; Levenkron S (1998) Cutting: understanding and overcoming self-mutilation. New York: WW Norton; Simeon D & Hollander E (red) (2001) Self-injurious behaviors: assessment and treatment. Washington: American Psychiatric Press

Author information

Authors and Affiliations

Authors

Corresponding author

Correspondence to Walter Vandereycken.

Additional information

Prof.dr. W. Vandereycken, hoogleraar psychiatrie aan de Katholieke Universiteit Leuven en hoofd van de afdeling directieve therapie van de Kliniek Alexianen, Liefdestraat 10, B-3300 Tienen

Rights and permissions

Reprints and permissions

About this article

Cite this article

Vandereycken, W. Aanpak van zelfverwondend gedrag bij psychiatrische patiënten. PSYC 3, 79–82 (2001). https://doi.org/10.1007/BF03071919

Download citation

  • Issue Date:

  • DOI: https://doi.org/10.1007/BF03071919

Navigation