Skip to main content
Top

2016 | wo | Boek | 7. editie

Leerboek epidemiologie

Auteurs: L.M. Bouter, M.C.J.M. van Dongen, G.A. Zielhuis, M.P.A. Zeegers

Uitgeverij: Bohn Stafleu van Loghum

Boekenserie : Kernboek

insite
ZOEKEN

Over dit boek

Het Leerboek Epidemiologie biedt een leidraad voor de uitvoering en interpretatie van toegepast medisch-wetenschappelijk onderzoek. Epidemiologie wordt in dit boek vooral gezien als de methodeleer van onderzoek naar gezondheid en ziekte in menselijke populaties. Het boek weerspiegelt de veelzijdigheid van het vakgebied en behandelt zowel etiologie, diagnostiek, prognostiek en interventie. De nadruk ligt op het opzetten van onderzoek en op het interpreteren van de resultaten ervan.

Inhoudsopgave

Voorwerk
1. Epidemiologie
Samenvatting
Epidemiologie bestudeert de frequentie van ziekten in menselijke populaties. In dit eerste hoofdstuk wordt uitgelegd wat het vak epidemiologie inhoudt, op welke concepten het is gestoeld en hoe het kan worden toegepast. De centrale variabele in elk epidemiologisch onderzoek is een gezondheids- of ziekte-uitkomst. In de regel worden ziektefrequenties in groepen mensen met verschillende kenmerken vergeleken, hetgeen tot uitdrukking komt in de epidemiologische breuk. Epidemiologen trachten erachter te komen welke determinanten een ziekte beïnvloeden. Dit wordt weergegeven in een wiskundige formule, de epidemiologische functie. De stappen in epidemiologisch onderzoek volgen het schema van de empirische cyclus. Hoofdstuk 1 sluit af door een blik te werpen op het verleden, het heden en de toekomst van dit interessante vakgebied.
L.M. Bouter, M.C.J.M. van Dongen, G.A. Zielhuis, M.P.A. Zeegers
2. Frequentie
Samenvatting
Dit hoofdstuk start met de verschillende definities van gezondheid, ziekte en sterfte. Alvorens in te gaan op de frequentiematen die worden gebruikt in epidemiologisch onderzoek wordt eerst stilgestaan bij de typen populaties – cohort of dynamische populatie – die kunnen worden onderscheiden. Ook wordt ingegaan op de rol die de factor ‘tijd’ speelt in het bepalen van ziektefrequenties. Vervolgens passeren verschillende frequentiematen de revue, waaronder prevalentie, incidentie, cumulatieve incidentie, incidentiedichtheid, mortaliteit, letaliteit, proportioneel sterftecijfer, levensverwachting, overlevingskans en ‘quality-adjusted life-years’. Ook de continue maten voor gezondheid en ziekte worden gepresenteerd. Het hoofdstuk sluit af met voorbeelden hoe deze beschrijvende epidemiologische maten worden toegepast om de gezondheidstoestand van de Nederlandse bevolking in kaart te brengen.
L.M. Bouter, M.C.J.M. van Dongen, G.A. Zielhuis, M.P.A. Zeegers
3. Associatie
Samenvatting
De epidemiologische functie beschrijft de associatie tussen ziektefrequentie en determinanten. Nadat de verschillende typen determinanten zijn besproken, richt het hoofdstuk zich in eerste instantie op de associatiematen voor dichotome gezondheidsmaten, zoals het attributief risico, ‘number needed to treat’, het relatief risico, de hazard ratio, de odds ratio en de etiologische fractie bij blootgestelden en in de totale populatie. In tweede instantie worden de associatiematen voor continue gezondheidsmaten besproken waaronder het verschil van gemiddelden, de correlatie en regressie.
L.M. Bouter, M.C.J.M. van Dongen, G.A. Zielhuis, M.P.A. Zeegers
4. Onderzoeksopzet
Samenvatting
Alvorens verschillende onderzoeksopzetten worden besproken, wordt ingegaan op het formuleren van een goede situationele of abstracte vraagstelling, onder andere aan de hand van de PICO-criteria. Vervolgens wordt uitgelegd hoe een goede onderzoekspopulatie gekozen wordt en hoe deze gepositioneerd wordt ten opzichte van de bronpopulatie, de doelpopulatie en de totale populatie. Paragraaf 4.3 beschrijft hoe de verschillende onderzoeksopzetten kunnen worden ingedeeld aan de hand van designkenmerken of aan de hand van bewijslast. Het overige deel van het hoofdstuk beschrijft de opzet van het gerandomiseerde experiment, het prospectieve cohortonderzoek, het retrospectieve cohortonderzoek, het patiënt-controleonderzoek, het cross-sectioneel onderzoek en het ecologisch onderzoek.
L.M. Bouter, M.C.J.M. van Dongen, G.A. Zielhuis, M.P.A. Zeegers
5. Validiteit en betrouwbaarheid
Samenvatting
Dit hoofdstuk geeft een overzicht van de belangrijkste methodologische valkuilen die een correcte analyse, presentatie en interpretatie van met name etiologisch onderzoek in de weg staan. De begrippen validiteit en betrouwbaarheid worden vergeleken en achtereenvolgens uitgelegd. Bij de bespreking van de betrouwbaarheid wordt stilgestaan bij de steekproefomvang, het betrouwbaarheidsinterval en de relatie tussen type I-fouten, type II-fouten en de ‘power’. Bij de bespreking van de validiteit komen selectiebias, informatiebias en confounding aan de orde. Vervolgens wordt uitgelegd hoe randomisatie, restrictie, matching, stratificatie, standaardisatie, mathematische modelbouw en causale diagrammen kunnen helpen om mogelijke vertekening te bestrijden. Het hoofdstuk sluit af met een uitleg over effectmodificatie, externe validiteit en de toepassing van de begrippen validiteit, betrouwbaarheid en responsiviteit bij meetinstrumenten.
L.M. Bouter, M.C.J.M. van Dongen, G.A. Zielhuis, M.P.A. Zeegers
6. Etiologie en causaliteit
Samenvatting
Dit hoofdstuk brengt enige systematiek in het complexe veld van oorzaak-gevolgredeneringen op basis van observationeel onderzoek. Het verschil tussen associatie en oorzaak en het gebruik van causale diagrammen worden besproken. Ook staat het hoofdstuk stil bij het feit dat factoren niet alleen, maar juist in een oorzakelijk complex opereren van noodzakelijke en voldoende oorzaken. Vervolgens worden de criteria voor causaliteit en de ‘levels of evidence’ besproken. Het hoofdstuk sluit af met twee toepassingen van epidemiologisch causaliteitsonderzoek: de forensische epidemiologie en preventie.
L.M. Bouter, M.C.J.M. van Dongen, G.A. Zielhuis, M.P.A. Zeegers
7. Genetische epidemiologie
Samenvatting
De genetische epidemiologie zoekt naar variatie in het humane genoom als determinant van ziekte. De speciale vorm van epidemiologie kent zijn eigen onderzoeksdesigns en analysemethoden. Het hoofdstuk begint met een korte en algemene introductie van de genetica, waarna het familie- en het tweelingonderzoek worden besproken. Hierbij komen de principes van koppelingsanalyse en recombinatie (inclusief LOD-score) aan bod. Daarna wordt het genetisch associatieonderzoek uitgelegd, waarin begrippen zoals linkage disequilibrium, haplotypeanalyse, TDT-analyse, genoomwijd onderzoek en populatiestratificatie de revue passeren. Het hoofdstuk laat zien hoe met behulp van mendeliaanse randomisatie een gerandomiseerde trial kan worden nagebootst en geeft voorbeelden van Nederlands biobankonderzoek.
L.M. Bouter, M.C.J.M. van Dongen, G.A. Zielhuis, M.P.A. Zeegers
8. Plotselinge uitbraken
Samenavatting
Er is sprake van een plotselinge uitbraak als het aantal nieuwe ziektegevallen in een bepaald geografisch gebied in een relatief korte tijd sterk toeneemt. Epidemiologisch onderzoek naar uitbraken kent ook zijn eigen onderzoeksdesigns en analysemethoden. Een belangrijke toepassing is de infectieziekte-epidemiologie die bovendien een eigen terminologie hanteert zoals: incubatie, latentie, ‘attack-rate’, transmissie en het basaal reproductiegetal. Het hoofdstuk beschrijft verschillende surveillancesystemen om tijdig alarm te kunnen slaan bij een plotselinge uitbraak, zowel in Nederland als in de wereld. Het geeft bovendien een overzicht van de verschillende ‘tools’ om een plotselinge uitbraak in kaart te brengen, waaronder de epidemische curve, het cohortonderzoek en het patiënt-controleonderzoek. Op het einde van het hoofdstuk wordt een stappenplan gegeven voor onderzoek naar plotselinge uitbraken.
L.M. Bouter, M.C.J.M. van Dongen, G.A. Zielhuis, M.P.A. Zeegers
9. Diagnostiek en prognostiek
Samenvatting
Dit hoofdstuk richt zich met name op de methodologie van diagnostisch onderzoek. Het beschrijft de verschillende fasen van onderzoek, de reproduceerbaarheid en validiteit van diagnostisch onderzoek. Begrippen zoals inter- en intrawaarnemervariatie, Cohen’s kappa, sensitiviteit, specificiteit, predictieve waarde, ROC-curve en de likelihood ratio worden nader toegelicht. De theorie van Bayes komt aan bod, waarna wordt afgesloten met de diagnostische odds ratio. Het hoofdstuk gaat vervolgens in op het effect van parallelle of in serie geschakelde tests. Aan het einde van het hoofdstuk wordt kort ingegaan op prognostisch onderzoek en predictiemodellen.
L.M. Bouter, M.C.J.M. van Dongen, G.A. Zielhuis, M.P.A. Zeegers
10. Interventie
Samenvatting
Het laatste hoofdstuk gaat dieper in op interventieonderzoek. Het legt het placebo-effect uit en beschrijft stap voor stap een aantal belangrijke designelementen en potentiële vertekeningen, zoals ‘confounding by indication’, prestratificatie, (blok)randomisatie en blindering. Specifieke designs zoals de cross-over trial, de factoriële trial en het N = 1-experiment worden hier besproken. Ook komen verschillende analysetechnieken aan de orde, zoals de ‘intention-to-treat’-analyse, de ‘per-protocol’-analyse, de sequentiële analyse, de interimanalyse en de ‘post-marketing surveillance’. Het hoofdstuk eindigt met een verscheidenheid aan voorbeelden van bestaande interventieonderzoeken.
L.M. Bouter, M.C.J.M. van Dongen, G.A. Zielhuis, M.P.A. Zeegers
Nawerk
Meer informatie
Titel
Leerboek epidemiologie
Auteurs
L.M. Bouter
M.C.J.M. van Dongen
G.A. Zielhuis
M.P.A. Zeegers
Copyright
2016
Uitgeverij
Bohn Stafleu van Loghum
Elektronisch ISBN
978-90-368-0562-9
Print ISBN
978-90-368-0561-2
DOI
https://doi.org/10.1007/978-90-368-0562-9