'Ja, Kees hier. Ik wil je effe zeggen dat die ouwe er klaar mee is. Dinsdag krijgt hij zijn zin. Nu heeft hij aangegeven dat hij nog één keer een koud biertje met je wil drinken. Kom je hem uitluiden?' Van de manier waarop de boodschap werd uitgesproken, spatte de liefde van de zoon voor de vader af. 'Die ouwe' was hij alleen in vaderlijke zin. Want met tweeënzeventig jaar ben je in kalenderleeftijd helemaal niet oud. …