01-02-2014 | Artikel
Kijken naar porno: subcorticale hersenactiviteit weerspiegelt negatieve maar niet positieve seksuele associaties
Gepubliceerd in: Neuropraxis | Uitgave 1/2014
Log in om toegang te krijgenSamenvatting
Achtergrond
Aan de ene kant kunnen mensen visuele seksuele stimulatie (VSS) ervaren als plezierig, maar aan de andere kant kunnen mensen VSS ook ervaren als iets “viezigs” en negatief. Dit onderzoek richt zich op de vraag hoe het brein bij vrouwen reageert op VSS en hoe de hersenactiviteit samenhangt met hun impliciete en expliciete attitudes ten aanzien van VSS.
Methode
Vrouwen zonder seksuele klachten (N = 20) bekeken een reeks afbeeldingen uit diverse categorieën (seksuele penetratie, walging, neutraal) in een fMRI-scanner. Met behulp van een reactietijd-taak (Implicit Association Test) werd vervolgens de sterkte van hun impliciete seks-vies versus seks-lekker associaties gemeten. Daarnaast beoordeelden ze alle afbeeldingen op een visuele analoge schaal als meting van hun expliciete attitude.
Resultaten
De hersenactiviteit in reactie op afbeeldingen van seksuele penetratie vertoonde grote overeenkomst met die op afbeeldingen van walgelijke plaatjes. Specifiek de hersenactiviteit in reactie op de seksuele penetratieafbeeldingen bleek te variëren als functie van de impliciete attitude ten aanzien van de seksuele penetratie-plaatjes. Hoe sterker de impliciete associatie van seks met walging des te sterker de activiteit in de basale voorhersenen (inclusief de nucleus accumbens en de bed nucleus van de stria terminalis), de middenhersenen, en amygdala in reactie op het zien van de seksuele penetratie plaatjes.
Conclusie
De betrokken hersengebieden zijn veelal geassocieerd met visuele seksuele verwerkingsprocessen. De huidige resultaten laten zien dat de activatie van deze gebieden niet zondermeer een positieve appreciatie van seksuele stimuli impliceert, maar ook kan duiden op een negatieve of ambivalente houding ten aanzien van seksuele stimuli.