Skip to main content
Top

2005 | Boek

Introductie in de gezondheidszorg

Auteurs: M. van der Burgt, E. van Mechelen-Gevers, M. te Lintel Hekkert

Uitgeverij: Bohn Stafleu van Loghum

insite
ZOEKEN

Over dit boek

Introductie in de gezondheidszorg biedt een helder overzicht over de organisatie en het functioneren van de gezondheidszorg in Nederland. Wat betekent multidisciplinaire samenwerking in de gezondheidszorg? Wat behelzen de begrippen marktwerking, kwaliteitszorg en vraagsturing? Het zijn voorbeelden van kwesties die in korte, praktijkgerichte hoofdstukken in dit boek behandeld worden. Het eerste hoofdstuk verkent het hele domein van de gezondheidszorg in vogelvlucht. Aan de hand van praktijkvoorbeelden en interviews gaan de auteurs in de hoofdstukken erna dieper in op de afzonderlijke onderdelen. Zo worden de verschillende 'lijnen' in de zorgsector inzichtelijk gemaakt en worden abstracte begrippen als 'kwaliteitszorg' en 'samenwerking in de zorgketen' verduidelijkt. Recente ontwikkelingen in de gezondheidszorg, zoals de financiering van het zorgstelsel, krijgen in deze 7e, herziene druk ruimschoots aandacht.

Inhoudsopgave

Voorwerk
1. De gezondheidszorg in een notendop
Dit hoofdstuk beschrijft de gezondheidszorg in het kort. Het is te lezen als een samenvatting van het boek: de belangrijkste onderdelen komen in enkele woorden aan bod. Om de leesbaarheid te bewaren verwijzen we niet steeds naar een hoofdstuk. Via de inhoudsopgave en via de trefwoordenlijst kun je gemakkelijk een hoofdstuk opzoeken waarin je meer over een bepaald onderwerp kunt vinden.
M. van der Burgt, E. van Mechelen-Gevers, M. te Lintel Hekkert
2. De huisarts als poortwachter
Meneer Van de Berg, 73 jaar, heeft het allemaal meegemaakt. Zijn huisarts in zijn eenmanshuisartspraktijk, een duopraktijk en nu een groepspraktijk met een praktijkondersteuner. Tot zijn tevredenheid, overigens. Als migrainepatiënt heeft hij de medische ontwikkelingen in de behandeling meegemaakt. De laatste jaren is zijn migraine sterk verminderd en is hij opvallend fit, op lichte chronische bronchitisklachten na. Als die klachten opspelen, merkwaardig genoeg meestal in de zomer, bezoekt hij de huisarts. Meestal heeft hij dan een luchtweginfectie, die goed reageert op antibiotica.
M. van der Burgt, E. van Mechelen-Gevers, M. te Lintel Hekkert
3. Paramedici en paramedische zorg
Jeroen Smets heeft alweer enkele maanden last van zijn knie. Zijn sportprestaties lijden eronder, evenals zijn humeur. Omdat hij niet langer wil blijven sukkelen, is hij naar een sportmedisch adviescentrum gegaan. Hij wordt nu fysiotherapeutisch behandeld.
M. van der Burgt, E. van Mechelen-Gevers, M. te Lintel Hekkert
4. Verloskundige zorg en kraamzorg
Mevrouw Van Ameland bleek bij de eerste controles door de verloskundige zwanger van een tweeling. Daarom verwees de verloskundige haar door naar een gynaecoloog. Na de vijfde maand groeide haar buik te weinig. Herhaalde echo’s lieten zien dat een van de twee baby’s in groei achterbleef. Daarom werd mevrouw Van Ameland opgenomen in het ziekenhuis. Bijna twee maanden later kreeg ze weeën en werd de tweeling geboren, na 34 weken zwangerschap. Beide kinderen werden in een couveuse verpleegd. De oudste, Jinke, mocht daar al na tien dagen uit en drie weken daarna naar huis. De kleinste baby, Tom, bleef zes weken op de couveuseafdeling. In die periode kon mevrouw Van Ameland (met Jinke) terecht in het Ronald McDonaldhuis. Daar kreeg ze ondersteuning bij het geven van borstvoeding en het leren verzorgen van de baby.
M. van der Burgt, E. van Mechelen-Gevers, M. te Lintel Hekkert
5. Mondzorg
Kasper is 21 jaar, student fysiotherapie. Als kind en tiener heeft hij niet erg veel aandacht aan zijn gebit besteed. Daar heeft hij nu wel spijt van. Kort geleden had hij kiespijn, natuurlijk in een weekend. Tot dat moment had hij nog geen tandarts gezocht in de stad waar hij studeert. Toen merkte hij dat het erg moeilijk was om een tandarts te vinden die bereid was hem te helpen. En een tandarts die hem als patiënt wilde aannemen. De meeste praktijken zaten vol. Eerst moest het abces open, daarna kreeg hij een wortelkanaalbehandeling. En hij had nog meer gaatjes. Bovendien moest hij misschien ook aan een kroon denken, zei de tandarts. Maar eerst gaat hij naar de mondhygiëniste voor een steuntje in de rug om weer beter voor zijn gebit te gaan zorgen.
M. van der Burgt, E. van Mechelen-Gevers, M. te Lintel Hekkert
6. Apotheken en zorg voor geneesmiddelen
Meneer Egbers heeft van de huisarts een recept gekregen voor een antidepressivum. Hij ziet er erg tegenop om medicijnen te gaan slikken. Het zijn toch chemische stoffen die iets in zijn hersenen doen. Dat vindt hij een vervelende gedachte. Bovendien heeft hij jarenlang geprobeerd om juist zoveel mogelijk op eigen kracht zijn depressieve gevoelens en gedachten onder controle te krijgen. Daarom heeft het ook zo lang geduurd voordat hij akkoord is gegaan met het voorstel van de psycholoog om naast de gesprekstherapie ook ondersteunende medicatie te gaan gebruiken. Meneer Egbers zou het liefst een slaapmiddel hebben, omdat hij zo slecht slaapt, maar de therapeut adviseerde een antidepressivum. Meneer Egbers kon natuurlijk ook aan de huisarts vragen of hij een slaapmiddel kon krijgen. Na lang aarzelen heeft hij dat ook gedaan. Zij heeft hem duidelijk gemaakt dat een slaapmiddel alleen voor enkele nachten zinvol is en dat zij het alleen in een crisissituatie zou voorschrijven. Ze heeft hem wel een antidepressivum voorgeschreven. Ze heeft hem verteld dat het effect ervan pas na een week of zes duidelijk is en hem enkele bijwerkingen genoemd. Hij wil veel meer weten van het middel, maar de informatie uit de bijsluiter en op internet is te ingewikkeld. Kan hij dat in de apotheek vragen? Maar dan niet aan de balie, waar iedereen kan meeluisteren.
M. van der Burgt, E. van Mechelen-Gevers, M. te Lintel Hekkert
7. Thuiszorg
Jos krijgt dagelijks hulp van de thuiszorg. ’s Morgens tussen 8.00 uur en 9.00 uur arriveert de wijkverpleegkundige, ze loopt via de achterdeur naar binnen en dan regelrecht de slaapkamer in. De huishoudelijke hulp (verzorgingshulp B) is er ook al.
M. van der Burgt, E. van Mechelen-Gevers, M. te Lintel Hekkert
8. Zelfzorg en mantelzorg
Mevrouw Van Genderen zorgt al ruim vijf jaar voor haar dementerende man. In het begin in haar eentje, maar dat lukt al lang niet meer. Ze is zelf ook niet meer piep en een versleten heup maakt het er voor haar niet gemakkelijker op. Een vrijwilliger komt een ochtend per week, zodat ze even eruit kan. Boodschappen doen, koffie drinken bij een vriendin of bij haar dochter. Dat scheelde, dat gaf even lucht. Maar meneer Van Genderen is vaak ’s nachts aan het rondspoken, dat breekt haar op, zo moe is ze. De huisarts heeft wat medicatie voor de nacht gegeven, dat helpt wel wat. Maar wat haar ook steeds zwaarder valt, is dat haar man steeds achterdochtiger wordt. Telkens als hij iets kwijt is, geeft hij haar de schuld. Soms is hij agressief, bijvoorbeeld als ze hem wil helpen met wassen en aankleden. ‘Dat kan ik zelf wel’, zegt hij, maar er komt dan niet veel van terecht. Als ze hem helpt, wordt hij boos. Daar heeft ze veel verdriet van. Zo kan ze het niet lang meer volhouden, terwijl ze haar man wel graag zo lang mogelijk thuis wil houden.
M. van der Burgt, E. van Mechelen-Gevers, M. te Lintel Hekkert
9. Zorg door vrijwilligers en patiëntenorganisaties
Mevrouw Elmers komt elke week op de afdeling van het verpleeghuis waar haar man een tijd heeft gewoond. Ze kwam er vaak, verzorgde haar man deels zelf. Ze had ook veel contact met andere bewoners. Na het overlijden van haar man is ze steeds blijven komen, nu voor de andere bewoners. Ze helpt mee met koffie en thee schenken, de tafels dekken voor de broodmaaltijd. Ze neemt bewoners mee naar buiten als het mooi weer is, gewoon naar de tuin. Zelfs daarvoor hebben de zusters vaak geen tijd. Sommige bewoners kunnen er trouwens zelf ook niet om vragen. Maar mevrouw Elmers kan wel goed merken dat ze het fijn vinden in de tuin.
M. van der Burgt, E. van Mechelen-Gevers, M. te Lintel Hekkert
10. Complementaire en alternatieve zorg
Mevrouw Driessen heeft vanaf haar tienerjaren vaak migraine. Enkele keren per maand valt ze daardoor uit. Daarnaast heeft ze regelmatig last van haar buik. Ze vindt het vervelend om regelmatig zware medicijnen te gebruiken, dat wil ze het liefst zo weinig mogelijk doen. Ze is gaan uitproberen bij welke voeding ze minder last heeft van de buikklachten. Tot haar verbazing had ze minder last van de migraine in de weken dat ze beter op haar voeding lette en bijvoorbeeld vezelrijke voeding gebruikte. Omdat ze te weinig grip kreeg op de migraine, is ze naar een acupuncturist gegaan. Ze krijgt nu acupunctuur, ondersteund door Chinese kruiden. Ze heeft ook aanvullende voedingsadviezen gekregen. Ze is tevreden over de behandeling, waarin veel aandacht is voor haar levenswijze en andere persoonlijke dingen. Ze vindt het prettig ook zelf wat te kunnen doen aan haar klachten. Ze heeft minder klachten.
M. van der Burgt, E. van Mechelen-Gevers, M. te Lintel Hekkert
11. Ziekenhuizen
Risanne, 32 jaar, wordt door de huisarts naar de dermatoloog verwezen omdat een moedervlek de laatste maanden groter en donkerder is geworden. De dermatoloog is er niet zeker van dat het een onschuldige moedervlek is. Hij doet daarom een biopsie. Gelukkig is de uitslag goed.
M. van der Burgt, E. van Mechelen-Gevers, M. te Lintel Hekkert
12. Revalidatie-instellingen
Mevrouw Mirhan werkt als programmamaakster bij de radio. Ze is 48 jaar. Tijdens een bezoek aan de bibliotheek werd ze onwel, kon haar rechterbeen slecht gebruiken en sprak onduidelijk. In het ziekenhuis werd een hersenbloeding vastgesteld. Na twee weken ziekenhuisopname volgde revalidatie in een revalidatie-instelling.
M. van der Burgt, E. van Mechelen-Gevers, M. te Lintel Hekkert
13. Verpleeghuizen en verzorgingshuizen
Meneer Brug wordt opgenomen op de reactiveringsafdeling van een verpleeghuis. Hij komt uit het ziekenhuis, waar hij opgenomen was na een beroerte. De logopediste onderzoekt het slikken en de problemen met taal. Gelukkig heeft hij geen afasie. Wel heeft hij typische taalproblemen van een rechtszijdig CVA: nuances in taal ontgaan hem soms. Hij neemt dingen vaak letterlijk op. Meneer Brug heeft geen besef van zijn verlamming en een neglect (verwaarlozing van zijn linker lichaamshelft). Hij kan moeilijk ruimtes herkennen.
M. van der Burgt, E. van Mechelen-Gevers, M. te Lintel Hekkert
14. Ketenzorg en zorgketens
Meneer Assink heeft pijn die het gevolg is van uitzaaiingen van kanker. In het ziekenhuis heeft hij een pijnbestrijdingspompje gekregen dat morfineachtige pijnstillers rondom zijn ruggenmerg afgeeft. Hij is nu goed ingesteld, zijn pijn is daardoor draaglijk geworden. Kan hij naar huis? De vraag die eerst beantwoord wordt, is: welke zorg is nodig of gewenst? Die zorg wordt geleverd. Daarna komt pas de vraag: wie levert de zorg en hoe wordt dat georganiseerd? Het ziekenhuis, door een verpleegkundige bij meneer Assink thuis zorg te laten geven? Of de thuiszorg, die een beroep kan doen op de knowhow van de verpleegkundige en neuroloog of pijnarts?
M. van der Burgt, E. van Mechelen-Gevers, M. te Lintel Hekkert
15. Palliatieve en terminale zorg
‘Ik sta er zelf van te kijken dat ik de hele dag in mijn bed kan blijven’, zegt ze, ‘ik kon altijd zo slecht stilzitten.’ Vanuit haar kamer in hospice Istoria kijkt Ans Klein (62) uit op een straat met oude bomen. ‘Ik voel me betrokken bij alles. Ik vind het wonderlijk, ik had het thuis niet beter kunnen hebben.’
M. van der Burgt, E. van Mechelen-Gevers, M. te Lintel Hekkert
16. Geestelijke gezondheidszorg (GGZ)
Mevrouw Branning is 34 jaar. Ze wordt ambulant begeleid door een medewerker van de GGZ-instelling vanwege een toenemende depressie, die gepaard gaat met ernstige achterdocht en toenemende dwanghandelingen. Daarnaast heeft ze problemen met de opvoeding van haar vijfjarige dochtertje Richelle. Ook dreigt Richelle achter te raken in haar ontwikkeling. Er komt gespecialiseerde gezinsverzorging om opname te voorkomen en mevrouw Branning te helpen om meer structuur te bieden voor Richelle. Dat lukt haar namelijk niet gedurende de uren dat ze met Richelle alleen is. Als haar man thuis is, neemt die een groot deel van de opvoeding op zich. Richelle luistert slecht, vinden de beide ouders. Het is niet duidelijk of dat een gedragsprobleem is of dat ze slecht hoort. Ze krijgt een onderzoek bij de KNO-arts en een audiologisch onderzoek. Haar gehoor blijkt in orde te zijn.
M. van der Burgt, E. van Mechelen-Gevers, M. te Lintel Hekkert
17. Zorg voor mensen met dementie
Mevrouw Van Genderen kan de zorg voor haar dementerende man niet meer in haar eentje opbrengen. Een vrijwilliger komt een ochtend per week, zodat ze even eruit kan. Boodschappen doen, even koffiedrinken bij een vriendin of bij haar dochter. Dat scheelde, gaf even lucht. Meneer Van Genderen is vaak ’s nachts aan het rondspoken, zijn vrouw slaapt daardoor geen enkele nacht ongestoord. Ze raakt steeds vermoeider. De huisarts heeft meneer Van Genderen wat medicatie voor de nacht gegeven, dat helpt wel iets.
M. van der Burgt, E. van Mechelen-Gevers, M. te Lintel Hekkert
18. Zorg voor mensen met een verstandelijke beperking
Rineke en Jeroen hebben vanaf de geboorte van Marrit, hun tweede kind, het gevoel dat er iets niet goed met haar is. Zij is anders dan de oudste. Het is moeilijk om aan te geven wat er precies anders is. Het voornaamste is hun gevoel dat ze geen echt contact met haar hebben. Ze doet lang over de fles, verslikt zich vaak en spuugt veel, elke dag, bij elke voeding. Na drie maanden, nog steeds geen lachen of gericht aankijken. De consultatiebureau-arts erkent hun zorgen en adviseert om naar de huisarts te gaan. De huisarts verwijst Marrit naar de kinderarts. En dan begint een lange tijd van onderzoek door de kinderarts, de neuroloog, de fysiotherapeut, de oogarts, de KNO-arts en gehoortesten bij het audiologisch centrum. Marrit is inderdaad vertraagd in haar ontwikkeling, maar de oorzaak is niet gauw gevonden. En dan is het des te moeilijker om in te schatten hoe het verder met Marrit zal gaan.
M. van der Burgt, E. van Mechelen-Gevers, M. te Lintel Hekkert
19. Preventie en gezondheidsbevordering
Al voor je geboorte zijn er voor jou waarschijnlijk maatregelen genomen in het belang van je gezondheid. Sterker nog, voor je conceptie hebben je vader en moeder misschien al adviezen gekregen. Ouders krijgen tegenwoordig het advies om allebei voordat ze aan een zwangerschap beginnen te stoppen met roken. En vrouwen wordt aangeraden om extra foliumzuur te gebruiken om de kans op een kind met een open ruggetje te verkleinen.
M. van der Burgt, E. van Mechelen-Gevers, M. te Lintel Hekkert
20. Zorg in de grote steden
Hans is 42 jaar, schizofreen, verslaafd en dakloos. Hij heeft een vaste slaapplek in de stad. Hij heeft weinig contact met anderen. Pas sinds kort heeft Gonnie van de bemoeizorg van de GGD contact met hem. Vele keren probeerde Gonnie een gesprekje met Hans aan te knopen. Het leek steeds vergeefse moeite: hij liep gewoon weg. Pas na een tijd liet hij Gonnie in zijn buurt toe en ontstond er een contact. Bij nachtvorst probeert Gonnie Hans over te halen om naar de extra nachtopvang te gaan. Uiteindelijk wil ze hem in een gewone opvang zien te krijgen en hem medicatie aanbieden.
M. van der Burgt, E. van Mechelen-Gevers, M. te Lintel Hekkert
21. Zorg voor gezondheid in bedrijven
Mevrouw Senten werkt als verzorgende in een verpleeghuis. Ze is 34 jaar. Ze heeft sinds enkele jaren rugklachten, die af en toe opspelen. Sinds twee weken heeft ze er weer last van, meer dan anders. Ze heeft de eerste drie dagen op advies van de huisarts wat pijnstillers gebruikt. Daarna is ze weer aan het werk gegaan. Ze let extra op bij belastende manoeuvres, maar het gaat niet echt goed.
M. van der Burgt, E. van Mechelen-Gevers, M. te Lintel Hekkert
22. Gezondheidsbeleid
Laten we eens kijken hoe de gezondheidszorg in de loop van de tijd is veranderd, hoe die is geworden zoals die nu is. Want zoals in het voorwoord van dit boek is gezegd: als je de gezondheidszorg zelf zou ontwerpen, zou die er ongetwijfeld anders uitzien. Je zou het zo niet bedenken. De gezondheidszorg heeft zich door allerlei factoren ontwikkeld tot de gezondheidszorg van nu. Hoe is dat gegaan? Wat is er gedaan om de gezondheidszorg te sturen in een richting die men wilde? En welke richting was dat? We bespreken de veranderingen en het beleid in grote lijnen.
M. van der Burgt, E. van Mechelen-Gevers, M. te Lintel Hekkert
23. Kwaliteitszorg
Op de afdeling chirurgie van een ziekenhuis is een project gestart om de kwaliteit te verbeteren. In de eerste fase van het project hebben alle teamleden gebrainstormd over het onderwerp en de aanpak. De teamleden ontdekten dat ze eigenlijk geen idee hadden hoe vaak ondervoeding of decubitus voorkwam op de afdeling, laat staan dat ze dat kunnen vergelijken met andere afdelingen van het ziekenhuis of een afdeling chirurgie van een ander (vergelijkbaar) ziekenhuis. Daarnaast besprak het team dat er veel meer fouten worden gemaakt dan er worden gemeld. Teamleden blijken zich te schamen voor fouten die ze maken en zijn bang om fouten te melden.
M. van der Burgt, E. van Mechelen-Gevers, M. te Lintel Hekkert
24. Financiering van het zorgstelsel
Mevrouw Niessen, 73 jaar, krijgt zorg van de huisarts en fysiotherapeut voor haar gewrichtsklachten, soms ook van de reumatoloog in het ziekenhuis. De thuiszorg komt haar helpen met douchen. Sinds ze aan staar is geopereerd, zorgt de thuiszorg er ook voor dat haar oog wordt gedruppeld. Nu ze niet meer zelf in de buurt boodschappen kan doen met haar rollator en het autorijden een te zware belasting voor haar polsen wordt, vraagt ze of er andere hulpmiddelen en vervoermiddelen zijn. Anders kan ze niet meer buiten komen en dan wordt het wel erg stil … De kinderen helpen wel, maar die wonen niet allemaal in de buurt en hebben ook werk en een gezin. Ze belt ze vaak. Te vaak, zei haar zoon laatst boos.
M. van der Burgt, E. van Mechelen-Gevers, M. te Lintel Hekkert
25. Kosten van de zorg en kostenbeheersing
De kosten van de zorg zijn al sinds de jaren tachtig van de twintigste eeuw een zorg voor de achtereenvolgende regeringen. De kosten zijn vanaf ongeveer 1960 snel gestegen. Daar hebben verschillende factoren aan bijgedragen.
M. van der Burgt, E. van Mechelen-Gevers, M. te Lintel Hekkert
26. Gezondheidszorg als markt
Een markt is een plaats waar je dingen kunt verkopen en kunt kopen, een plaats waar aanbod en vraag elkaar kunnen vinden. Je kunt er onderhandelen over het product, de prijs en de dienstverlening. Op een markt spelen gewoonlijk twee partijen: de verkopers (aanbieders) en de kopers (klanten). Een markt kan werken als beide partijen iets hebben te kiezen en ze allebei belang hebben bij een redelijke prijs voor een redelijke kwaliteit. In de gezondheidszorg is er sprake van meer partijen: zorgaanbieders, zorggebruikers (zorgvragers) en zorgverzekeraars. Op een vierde groep, leveranciers, gaan we niet verder in.
M. van der Burgt, E. van Mechelen-Gevers, M. te Lintel Hekkert
Nawerk
Meer informatie
Titel
Introductie in de gezondheidszorg
Auteurs
M. van der Burgt
E. van Mechelen-Gevers
M. te Lintel Hekkert
Copyright
2005
Uitgeverij
Bohn Stafleu van Loghum
Elektronisch ISBN
978-90-313-6544-9
Print ISBN
978-90-313-4812-1
DOI
https://doi.org/10.1007/978-90-313-6544-9