Gepubliceerd in:
2013 | OriginalPaper | Hoofdstuk
13. Insectenallergie
Inleiding
In Nederland worden de meeste gevallen van anafylaxie door insectengif veroorzaakt door steken van de angeldragende vliesvleugeligen (Hymenoptera): frequent door de honingbij (Apis mellifera) en de wesp (Vespula germanica) en zeldzamer door de hoornaar (Vespa crabo) en de hommel (Bombus terrestis). De prevalentie van een allergische reactie op een insectensteek wordt in de westerse wereld geschat op 2-19% voor wat betreft de forse lokale zwelling op de insteekplaats, en op 0,8-5% voor wat betreft de algemene anafylactische reacties.