01-09-2019
Implanteren in de geresorbeerde kaak
Gepubliceerd in: Tandartspraktijk | Uitgave 7/2019
Log in om toegang te krijgenSamenvatting
Het vervangen van een tand of kies door een kroon op implantaat is voor de patiënt een ingrijpende behandeling en een uitdaging voor de implantoloog en de prosthodontist. De patiënt verliest of verloor immers een gebitselement – vaak een functioneel én esthetisch verlies. Het is derhalve cruciaal om niet alleen de tand te vervangen, maar ook de harde en zachte weefsels voor een esthetisch resultaat te herstellen. Protocollair werken kan helpen om een optimaal resultaat te verkrijgen.
In de implantologie zijn er enerzijds veel protocollen waar het om de chirurgie gaat, maar aan anderzijds bestaan er weinig richtlijnen hoe er inhoudelijk gewerkt kan of zou moeten worden in specifieke gevallen. Redenen daarvoor zijn mogelijk de brede variatie in weefselkwaliteit, de ruime selectie aan typen implantaten, verschillende botvervangende materialen, talloze soorten membranen en het al dan niet gebruikmaken van een op CBCT gebaseerde planning. Vooral een richtlijn voor het werken in de esthetische zone zou welkom zijn. Middels een serie wil ik veel voorkomende gevallen van implantologie in deze zone op een rij zetten.
In deze eerste van de serie een casus waarbij één centrale incisief jaren eerder verloren is gegaan, de zogenaamde geheelde kaak, waarbij niet meer voldoende bot is voor een implantaat.