Samenvatting
“Meneer Jansen moet nu eindelijk eens ophouden met zijn gezeur, het is hier geen Hilton hotel en daarbij komt ook nog eens dat ie ’t thuis ook niet zo breed heeft… ”, verzucht een verpleegkundige tegen haar collega. Deze opmerking valt niet in goede aarde bij haar collega en die roept haar ter verantwoording. In dat collegiale gesprek wordt nader ingegaan op de manier waarop de verpleegkundige moet omgaan met zorgvragen en zorgvragers, de stress die daarbij kan optreden en de rolopvatting die de verpleegkundige moet hebben. In dit hoofdstuk reiken we voor die aspecten van de beroepsuitoefening een aantal belangrijke zaken aan.