Skip to main content
Top

1998 | OriginalPaper | Hoofdstuk

Hoofdstuk 5 Zorgen voor de boodschappen

Auteur : C.A.M Hutten-Groot

Gepubliceerd in: Zorg voor de huishouding

Uitgeverij: Bohn Stafleu van Loghum

share
DELEN

Deel dit onderdeel of sectie (kopieer de link)

  • Optie A:
    Klik op de rechtermuisknop op de link en selecteer de optie “linkadres kopiëren”
  • Optie B:
    Deel de link per e-mail

Samenvatting

Als een zorgvrager niet in staat is zelfstandig zijn eigen boodschappen te doen, dan kan een verzorgende of helpende dat voor hem doen. Of samen met hem. Er kunnen verschillende redenen zijn waarom iemand niet zelf naar de winkel kan. Iemand met een gebroken been kan bijvoorbeeld de afstand niet afleggen. Of een oudere die aan het dementeren is, kan niet bedenken wat hij nodig heeft. Een verstandelijk gehandicapte weet misschien wel wat hijnodig heeft. Een verstandelijk gehandicapte weet misschien wel wat hij wil hebben, maar heeft geen besef van geld. Bij boodschappen doen moet je vooraf bepalen wat je nodig hebt. Een boodschappenlijstje is daarbij een handig hulpmiddel. Verder moet je in de winkel goed opletten op de houdbaarheidsdatum van artikelen, op de versheid en op de ingrediënten. Als je thuiskomt met de boodschappen moet je ze zodanig bewaren dat ze niet snel bederven. En bederft er toch regelmatig iets, dan moet je de hoeveelheid die je per keer inslaat aanpassen.
Metagegevens
Titel
Hoofdstuk 5 Zorgen voor de boodschappen
Auteur
C.A.M Hutten-Groot
Copyright
1998
Uitgeverij
Bohn Stafleu van Loghum
DOI
https://doi.org/10.1007/978-90-313-9434-0_5