Skip to main content
Top

2016 | OriginalPaper | Hoofdstuk

Hoofdstuk 2 Brandstof voor de spieren: bio-energetica en metabolisme

Auteurs : W. Larry Kenney, PhD, Jack H. Wilmore, PhD, David L. Costill, PhD

Gepubliceerd in: Inspannings- en sportfysiologie

Uitgeverij: Bohn Stafleu van Loghum

share
DELEN

Deel dit onderdeel of sectie (kopieer de link)

  • Optie A:
    Klik op de rechtermuisknop op de link en selecteer de optie “linkadres kopiëren”
  • Optie B:
    Deel de link per e-mail

Samenvatting

‘De man met de hamer’ is een veelgebruikte uitspraak bij marathonlopers. Meer dan de helft van alle recreatieve marathonlopers zegt de ‘man met de hamer’ tijdens een marathon te hebben ervaren, onafhankelijk van hoe hard ze hadden getraind. Het gebeurt meestal rond de 32e tot 35e kilometer. Het tempo van de loper neemt aanzienlijk af en de benen voelen als lood. Vaak worden in benen en armen tintelingen of een verdoofd gevoel waargenomen. Het denken wordt vaak diffuus en warrig. De oorzaak voor deze toestand is de uitputting van beschikbare energie.
De primaire brandstofbronnen van een loper tijdens duurarbeid zijn koolhydraten en vetten. Vetten lijken de logische eerste brandstofkeuze voor duurprestaties, ze bezitten een zeer hoge energiedichtheid en de voorraden zijn bijna onuitputtelijk. Helaas is er voor het metabolisme van vetten een constante toevoer van zuurstof nodig, en energielevering uit vetten is langzamer dan via het metabolisme van koolhydraten.
De meeste lopers kunnen 2000-2200 kilocalorieën aan glycogeen opslaan in spieren en lever, wat voldoende energie oplevert om ongeveer 32 km te lopen in matig intensief tempo. Aangezien het lichaam veel minder snel is in het afbreken van energie uit vetten, zakt het looptempo en heeft de loper last van vermoeidheid. Verder zijn koolhydraten de enige brandstof voor de hersenen. Het is dus fysiologie, en geen toeval, dat zoveel marathonlopers het moeilijk krijgen rond de 32e kilometer.
Metagegevens
Titel
Hoofdstuk 2 Brandstof voor de spieren: bio-energetica en metabolisme
Auteurs
W. Larry Kenney, PhD
Jack H. Wilmore, PhD
David L. Costill, PhD
Copyright
2016
Uitgeverij
Bohn Stafleu van Loghum
DOI
https://doi.org/10.1007/978-90-368-1326-6_2