-
Uit onderzoek naar Hepatitis C (HCV) in veertien locaties onder cliënten van de Maatschappelijke Opvang in Amsterdam blijkt dat de prevalentie van HCV hoog is.
-
Deze cliënten vormen een risicogroep voor HCV en moeten volgens het advies van de Gezondheidsraad worden opgespoord.
-
Maak hierbij bij voorkeur gebruik van anti-HCV en HCV-RNA-tests met vingerprikbloed.
-
Er is een hoge uitval (50 %) tussen het testen en de behandeling. Zorg daarom voor goede begeleiding naar en tijdens de behandeling.
Achtergrond
-
voorlichting aan medewerkers op locatie door middel van een interactieve workshop;
-
voorlichting aan bezoekers en bewoners op locatie;
-
screening van bezoekers of bewoners op locatie;
-
gerichte verwijzing en begeleiding naar behandeling en zorg.
-
Behoren cliënten van de MO in Amsterdam tot een risicogroep voor HCV?
-
Wat is de prevalentie van HCV bij cliënten van de MO in Amsterdam?
-
Wat zijn de redenen waarom geen behandeling is ingesteld als iemand HCV positief is?
-
Hoe haalbaar en effectief is de opsporing (cascade of care)?
Methode
Onderzoeksopzet en deelnemers
Voorbereiding
Uitvoering
Dataverzameling
Resultaten
Risicochecklist
Geboorteland | Aantal (%) n = 233 |
– Nederland | 99 (47) |
– Suriname | 47 (22) |
– Afrika | 39 (14) |
– Oost- en Zuid-Europa | 15 (6) |
– Latijns-Amerika, behalve Suriname | 12 (4) |
– Azië | 12 (4) |
– Noordwest-Europa, behalve Nederland | 9 (4) |
– Verenigde Staten | 1 (0) |
– Onbekend | 1 (0) |
Leeftijd (jaren) | Aantal (%) n = 233 |
– 20–29 | 10 (4) |
– 30–39 | 27 (12) |
– 40–49 | 58 (25) |
– 50–59 | 85 (36) |
– 60–69 | 42 (18) |
– 70–79 | 6 (3) |
– >79 | 1 (0) |
– Onbekend | 2 (2) |
Populatie | Aantal | Getest n (%) | HCV-positief n (%) | Verwezen n (%) | Behandeld n (%) | SVR n (%) |
---|---|---|---|---|---|---|
Totaal | 333 | 60 (26) | 12 (20) | 8/12 (67) | 7/12 (58) | 6/12 (50) |
Geen risico vermeld | 23 | 0 | ||||
(Ooit) drugs geïnjecteerd | 34 | 19 (56) | 9 (26) | 5/9 (56) | 4/9 (44) | 3/9 (33) |
(Nooit) drugs geïnjecteerd | 198 | 43 (22) | 3 (7) | 3/3 (100) | 3/3 (100) | 3/3 (100) |
Basecoke-pijp gedeeld, en geen drugs geïnjecteerd | 86 | 20 (23) | 1 (5 %) | 1/1 (100) | 1/1 (100) | 1/1 (100) |
Snuifbuis gedeeld, en geen drugs geïnjecteerd | 43 | 6 (14 %) | 0 | |||
MSM (mannen totaal 163) | 38 | 9 (24 %) | 1/9 (11 %) | 1/1 (100 %) | 1/1 (100 %) | 1/1 (100 %) |
Test op locatie en verwijzing voor behandeling
Beschouwing
Hoe haalbaar en effectief is de opsporing (cascade of care)?
-
Individuele oorzaken: de cliënt geeft aan dat hij/zij niet getest of behandeld wil worden. Dit was de reden bij 3/10 personen (30 %) die HCV-RNA-positief zijn en bij 4/7 personen (57 %) die anti-HCV-positief zijn en nooit getest zijn op HCV-RNA.
-
Logistieke oorzaken: in dit onderzoek kon op de screeningslocatie, direct na de uitslag van anti-HCV, geen bloed door de GGD-verpleegkundige worden afgenomen om te testen op HCV-RNA en moest de cliënt op een ander tijdstip elders bloed laten afnemen. Volgens ons is het een probleem dat de GGD hiervoor geen standaardprocedure toepast omdat de betrokken medewerkers op de afdeling Maatschappelijke en Geestelijke Gezondheidszorg werken en de afdeling Infectieziektebestrijding niet aangewezen was om deze doelgroep te testen.
Aanbevelingen
-
Geef voorafgaand aan het screenen gerichte voorlichting over hepatitis C aan cliënten en medewerkers.
-
Benoem per locatie een medewerker die zorg draagt voor het interventieproces (‘hepatitisambassadeur’).
-
Maak gebruik van de HCV-RNA-test op locatie en doe de test direct aansluitend na een positieve uitslag van anti-HCV.
-
Maak bij voorkeur gebruik van anti-HCV- en HCV-RNA-tests met vingerprikbloed.
-
Maak bij voorkeur gebruik van de nieuwste testmethodieken. Er bestaan diagnostische HCV-RNA-tests die op locatie afgenomen en geanalyseerd kunnen worden.
-
Vraag bij het somatisch onderzoek van opiaatverslaafden door naar huidige risicofactoren en risicofactoren in het verleden voor hepatitis C, en vraag aanvullende diagnostiek aan als er risico gelopen is [12].
-
Zorg dat de afdeling Infectieziekte van de GGD standaard wordt ingeschakeld voor het testen van cliënten van MO-locaties.
-
Zorg voor een goede begeleiding van positief geteste patiënten, bijvoorbeeld begeleiding door de hepatitisambassadeur.