Skip to main content
Top

2013 | OriginalPaper | Hoofdstuk

15. H2-receptorantagonisten en protonpompremmers

Auteurs : Drs. W.J. den Hollander, prof. dr. E.J. Kuipers, dr. G.J.B. Hurenkamp

Gepubliceerd in: Het gastro-enterologie formularium

Uitgeverij: Bohn Stafleu van Loghum

share
DELEN

Deel dit onderdeel of sectie (kopieer de link)

  • Optie A:
    Klik op de rechtermuisknop op de link en selecteer de optie “linkadres kopiëren”
  • Optie B:
    Deel de link per e-mail

Inleiding

Maagzuur speelt een belangrijke rol bij het ontstaan van peptische ulcera. Oorspronkelijk bestond de behandeling uit adviezen betreffende leefwijze en dieet, waarbij melkproducten een belangrijke rol speelden. Medicamenteus hadden de anticholinergica te veel bijwerkingen in de benodigde doseringen en hadden de antacida een te korte werkingsduur. Met de komst van H2-receptorblokkerende antihistaminica vanaf 1974 en de protonpompremmers vanaf 1981 (registratie van omeprazol in 1988) zijn de behandeling en prognose van zuurgerelateerde problemen zoals ulcus pepticum en refluxoesofagitis echter ingrijpend gewijzigd. Beide typen medicamenten zijn zeer effectief en ook op langere termijn veilig en zonder veel bijwerkingen gebleken. Inmiddels zijn zowel H2-receptorantagonisten (H2RA’s) als een aantal protonpompremmers (PPI’s) zonder recept verkrijgbaar en wordt vanwege de grotere werkzaamheid overwegend de voorkeur gegeven aan PPI’s.
Metagegevens
Titel
H2-receptorantagonisten en protonpompremmers
Auteurs
Drs. W.J. den Hollander
prof. dr. E.J. Kuipers
dr. G.J.B. Hurenkamp
Copyright
2013
Uitgeverij
Bohn Stafleu van Loghum
DOI
https://doi.org/10.1007/978-90-313-8507-2_15