Skip to main content
Top

2014 | OriginalPaper | Hoofdstuk

23. Geslachtelijke ontwikkeling en voortplanting

Auteurs : L.N. Bouman, H.W.G.M. Boddeke, J.H.J. Muntinga

Gepubliceerd in: Leerboek medische fysiologie

Uitgeverij: Bohn Stafleu van Loghum

share
DELEN

Deel dit onderdeel of sectie (kopieer de link)

  • Optie A:
    Klik op de rechtermuisknop op de link en selecteer de optie “linkadres kopiëren”
  • Optie B:
    Deel de link per e-mail

Samenvatting

Een nieuw individu ontstaat indien bij de conceptie de gehalveerde chromosomencomplexen van de ouders worden samengevoegd. De zaadcel bepaalt het geslacht, afhankelijk van de aanwezigheid van een X- of een Y-chromosoom. De bevruchte eicel wordt vanuit de eileider naar de uterus getransporteerd, waar zij zich innestelt en na 9 maanden uitgroeit tot een compleet mensje. De vorming en ontwikkeling van eicellen vindt al vóór de geboorte plaats zodat het ovarium van een pasgeboren meisje alle eicellen die later tot rijping kunnen komen, al in een primitieve vorm bevat. De zaadvorming bij de man heeft deze beperking niet en vindt gedurende vele jaren van het volwassen leven continu in de testis plaats waarna de spermatozoa worden opgeslagen in de zaadblaasjes. Zowel de rijping van de eicel als de vorming van de zaadcellen staat onder nauwkeurige hormonale controle die vanuit het centrale zenuwstelsel wordt aangestuurd.
Bijlagen
Alleen toegankelijk voor geautoriseerde gebruikers
Metagegevens
Titel
Geslachtelijke ontwikkeling en voortplanting voortplanting
Auteurs
L.N. Bouman
H.W.G.M. Boddeke
J.H.J. Muntinga
Copyright
2014
Uitgeverij
Bohn Stafleu van Loghum
DOI
https://doi.org/10.1007/978-90-313-9910-9_23