Merkwaardige discussie over code V21 is gaande. De etsbare onderlaag. Degene die zo’n onderlaag nog nodig vindt heeft jaren geen cursus gevolgd. In 1995 bleek immers al dat er geen cellen in de pulpa afsterven door etsen en ook niet door het aanbrengen van dentine-adhesieven. Calciumhydroxide heeft een hemostatische werking en dat is handig bij een exponatie (Unterbrink in Quintessence International). Kan je dus rustig wegspoelen na etsen. Toch?
De grote vraag is waarom in HET BOEKJE nog steeds een code V21 staat met als omschrijving ‘etsen met etsbare onderlaag’. Waar is code V22? (‘Het aanbrengen van een driestappenadhesief teneinde de pulpa vitaal te houden en lekkage te voorkomen.’) Integreren van deze code in V11, V12, V13, V14 zou ook kunnen. V15 is ook inclusief etsen. Daar wel, maar het is niet consequent. Toch?
Het gaat hier nu niet om de hoogte van tarieven, maar om de ontwikkeling in de algemene tandheelkunde. Van conserveren naar restaureren. Van vulling naar restauratie. Een ontwikkeling die geen weerspiegeling meer vindt in nog steeds gehanteerde maar veelal uit de vorige eeuw daterende prestatiebeschrijvingen. Waarom worden V-codes misbruikt voor occlusie-opbouw? Het opbouwen van de occlusie is de ultieme restauratie, dus zouden R-codes gebruikt moeten worden. Behandeling van occlusale slijtage beoogt immers herstel van de beethoogte en fronthoektandgeleiding in relatie tot een gezond kauwstelsel. Toch?
Vullingen dateren uit de tijd dat met plastische materialen caviteiten gevuld moesten worden om de pulpa vitaal te houden. De enige etsbare onderlaag anno 2013 is glasionomeercement of gezandstraald composiet. Voor een optimale hechting van glasionomeercement moet dentine geconditioneerd worden met een zuur, maar dat mogen we weer geen etstechniek noemen. Toch?
Wordt het niet hoog tijd dat we naar de NZa stappen om uit te leggen dat de tandheelkunde is geëvolueerd en dat de discussie niet moet gaan over verkeerde codes, maar om een adequate beschrijving van wat we naar beste eer en geweten doen in het belang van de patiënt? Dé zorgautoriteit op tandheelkundig gebied zijn degenen die een Masteropleiding met goed gevolg hebben afgerond. Toch?
Meer artikelen uit Tandartspraktijk nr 11 vindt u hier.
Auteur(s): Hans van Pelt