Samenvatting
Ongeveer de helft van alle cliënten met een eetstoornis voldoet ook aan de criteria van een persoonlijkheidsstoornis. In eetstoornisbehandelingen wordt daar relatief weinig expliciet aandacht aan gegeven. Omdat nog steeds maar circa 40 tot 60 % blijvend van een eetstoornis herstelt, is het de vraag of niet meer ruimte voor deze comorbide problematiek moet worden ingeruimd. In dit hoofdstuk worden verschillende mogelijkheden genoemd. CBT-E richt zich in de brede versie op complicerende factoren zoals extreem negatief zelfbeeld, stemmingsintolerantie of interpersoonlijke problemen. De generalistische benadering voor persoonlijkheidsstoornis focust op de gevolgen van een persoonlijkheidsstoornis voor het therapeutisch proces. Bij weerstand van de cliënte kan deze behandelvorm gemakkelijk in een gestandaardiseerde eetstoornisbehandeling worden ingevlochten. Schematherapie verbindt de behandeling van eetstoornissen met de behandeling van ernstige persoonlijkheidsproblematiek. Indien de persoonlijkheidsproblematiek de behandeling van de eetstoornis onmogelijk maakt, wordt geadviseerd de eetstoornisbehandeling te beëindigen en een gerichte behandeling voor de persoonlijkheidsstoornis te starten.