TODO: Skip to main content
Top

2019 | OriginalPaper | Hoofdstuk

9. De patiënt met angstklachten

Auteurs : Prof. dr. H. E. van der Horst, Prof. dr. A. J. L. M. van Balkom

Gepubliceerd in: De dokter en de patiënt met psychische problemen

Uitgeverij: Bohn Stafleu van Loghum

share
DELEN

Deel dit onderdeel of sectie (kopieer de link)

  • Optie A:
    Klik op de rechtermuisknop op de link en selecteer de optie “linkadres kopiëren”
  • Optie B:
    Deel de link per e-mail

Samenvatting

Er is een continuüm van normale (voor iedereen invoelbare) angst, via abnormale of pathologische angst tot een angststoornis, die bij ruim 5 % van de mannen en ruim 10 % van de vrouwen voorkomt. Genetische aanleg, neurobiologische factoren, psychische factoren en sociale factoren dragen bij aan het ontstaan, maar ook aan het beloop van angststoornissen. Veel mensen herstellen binnen één tot twee jaar, maar de kans op een recidief is vrij hoog, ongeveer 20 %. De huisarts kan in principe zelf de diagnose specifieke of gegeneraliseerde angststoornis stellen en bij een beginnende of niet-ernstige angststoornis zelf, of samen met de POH-GGZ, de behandeling instellen. Bij twijfels over de diagnose of bij forse belemmeringen in het functioneren kan de huisarts verwijzen naar de GB-GGZ of naar de S-GGZ, al naar gelang de aard van de problematiek.
Literatuur
Deze inhoud is alleen zichtbaar als je bent ingelogd en de juiste rechten hebt.
Metagegevens
Titel
De patiënt met angstklachten
Auteurs
Prof. dr. H. E. van der Horst
Prof. dr. A. J. L. M. van Balkom
Copyright
2019
Uitgeverij
Bohn Stafleu van Loghum
DOI
https://doi.org/10.1007/978-90-368-2174-2_9