Samenvatting
De informatiefase heeft tot doel om de reeds aanwezige informatie over de patiënt en zijn klachten aan te vullen. Het belangrijkste is de klachtgerichte anamnese, waarbij de verschillende dimensies van de hoofdklacht systematisch worden uitgevraagd. Deze vragen en de betekenis ervan worden in dit hoofdstuk besproken. Daarnaast komen aan de orden: de invloed van de klachten op de patiënt (SCEGS) en de mogelijke alarmsignalen die duiden op een ernstige aandoening. Daarna wordt de differentiaaldiagnose van een aantal veelvoorkomende klachten besproken. In de intakefase van het consult heeft de arts samen met de patiënt bepaald wat de belangrijkste klacht(en) is(zijn). Daarna heeft de arts informatie verzameld om die klacht(en) te verhelderen. De informatiefase heeft tot doel om de reeds aanwezige informatie aan te vullen door het afnemen van een klachtgerichte anamnese. Naast het uitvragen van de klachten is het zinvol in deze fase aandacht te besteden aan de invloed van de klacht op de patiënt (SCEGS) (zie par.
9.3). Speciale aandacht wordt in de anamnese vaak besteed aan aanwezigheid van alarmsignalen voor een ernstige aandoening (par.
9.4). Ten slotte kan in de informatiefase de contextinformatie van de patiënt, (zie H.
6) los van de klacht, verder worden aangevuld. Aan het einde van de informatiefase wordt meestal op basis van de verkregen informatie een differentiaaldiagnose opgesteld. Daarbij spelen behalve de klachten ook de frequentie van vóórkomen van de verschillende diagnosen een belangrijke rol (par.
9.5).