In dit hoofdstuk over de hoogcervicale wervelkolom (C0-C3) en het kaakgewricht is er binnen het klinisch redeneerproces aandacht voor risicofactoren, veiligheidsaspecten, behandelprofielen en de graden van nekpijn op basis van de recente internationale richtlijnen. Bij de anatomie wordt er ook gekeken naar het vestibulum, de kernen van Deiters en het verloop van bloedvaten vanwege de speciale aandacht voor centrale en perifere duizeligheid. De fysiotherapeutische mogelijkheden bij BPPD (een benigne vorm van perifere vestibulaire duizeligheid) zijn groot en komen uitgebreid aan bod. Hoogcervicale functiestoornissen kunnen verschillende benigne vormen van (perifere cervicogene) duizeligheid en hoofdpijn (het cervicocefaal syndroom) verklaren, uiteraard in samenhang met de contextuele factoren. Kennis over het kaakgewricht – inclusief craniomandibulaire disfunctie – is hier van toegevoegde waarde. Het hoofdstuk wordt afgesloten met de uitgebreide beschrijving van 33 technieken, aangevuld met foto’s, demonstratievideo’s (met Nederlandse, Engelse en Duitse ondertitels) en praktische opmerkingen voor de praktijk. De ‘flashtrains’ (met korte video’s) geven de lezer per cluster een snel beeld van de besproken en getoonde technieken.