Samenvatting
In dit hoofdstuk wordt een stappenplan besproken dat kan dienen als richtlijn voor de stoelentechniek in de analysefase. De stoelentechniek is een vast onderdeel van deze fase. Situaties die zich goed lenen voor het doen van een stoelentechniek zijn een interne tweestrijd bij de cliënt of juist wanneer de cliënt vastzit in een beleving. Het expliciet benoemen van die beleving, ondersteund met gebaren, is de opmaat naar de oefening waarbij de cliënt gevraagd wordt in een andere stoel vanuit een andere beleving te spreken. Daarmee biedt de techniek de mogelijkheid de verschillende kanten van de cliënt te interviewen om zo meer inzicht te verkrijgen in de gevoelsbelevingen en hun onderlinge dynamiek. De grootste valkuil is dat er te cognitief gesproken wordt óver de belevingen in plaats van vanuit de belevingen. Je dient als therapeut bij het doen van deze oefening dan ook duidelijke richting en directieven te geven. De oefening wordt wel afgesloten met een reflectie op wat de oefening aan inzichten en informatie heeft opgeleverd. Met deze werkwijze kan de onderlinge dynamiek tussen de verschillende modi inzichtelijk worden gemaakt. Het is daarom ook belangrijk dat de cliënt die inzichten tussen de sessies door regelmatig herhaalt en leert de verschillende kanten van zichzelf te herkennen. Herkenning van de modi is een eerste stap in het bewerken en veranderen van die modi.