Samenvatting
In dit boek gaat het veelal om de interactie tussen begeleider en patiënt. Dit kan verbreed worden tot de vraag wat er anders kan in organisatie, gebouw, interieur, regels, gewoonten, enzovoort. Het is belangrijk oog te hebben voor het groepsproces en het therapeutisch milieu van de setting en niet alleen te kijken naar het individuele contact met de patiënt. Anderzijds is het noodzakelijk je te verdiepen in iemands individuele ontwikkeling. Hoe is het voor de ander om aan een bepaalde aandoening te lijden? Hoe beïnvloedt dit de moraal en de motivatie tot veranderen? De constatering dat patiënten inactief zijn, moet niet meteen leiden tot de gedachte: ‘Ze moeten actiever worden’. Maak eerst maar eens een analyse van het gedrag, de setting, de individuele geschiedenis van de patiënt en de huidige beperkingen en mogelijkheden van de patiënt.