Samenvatting
Voor de doktersassistent is medisch-technisch handelen met wondverzorging en verbandleer belangrijk. De chirurg is bezig met aandoeningen die te opereren zijn, maar de werkweek zal voor meer dan de helft niet op de OK worden doorgebracht. Veel behandelingen zijn ‘conservatief’, dat wil zeggen niet operatief. De orthopeed, uroloog, neurochirurg, plastisch chirurg en thoraxchirurg zijn geheel zelfstandige medische specialismen, maar ook zij opereren en kunnen worden gezien als chirurgen op een heel duidelijk en afgebakend gebied waar algemene chirurgen wel in werken, maar niet zo snel operaties uitvoeren. Wie bekwaam is kan het misschien doen, maar een algemeen chirurg zal niet zo snel beginnen aan botbreuken (orthopeed), flapoorcorrectie (plastische chirurgie), bypassoperatie (thoraxchirurgie), een herniaoperatie (neurochirurg) of prostatectomie met robot (uroloog). Wat dat laatste betreft: de robot is in opmars. In dit hoofdstuk wordt wat meer aandacht besteed aan mammacarcinoom. Dan zal blijken dat het beruchte okselkliertoilet veel minder voorkomt dan vroeger.