Samenvatting
In dit hoofdstuk wordt nader ingegaan op de extracraniële hersenvaataandoeningen. Cerebrovasculair accident is de verzamelnaam voor acuut optredende ziekteprocessen in de hersenen met een vasculaire oorzaak. De neurologische uitval bij een CVA is het gevolg van weefselverval en necrose in een groter of kleiner gebied van de hersenen. Men spreekt daarbij van een herseninfarct. Zowel een arteriële afsluiting als een intracerebrale arteriële bloeding kan een herseninfarct veroorzaken. In het eerste geval spreekt men van een ischemisch, in het tweede van een hemorragisch infarct. Hersenvaataandoeningen kunnen op tweeërlei wijze aanleiding geven tot het ontstaan van een CVA. Ten eerste kan een ernstige stenose of afsluiting bij onvoldoende collaterale circulatie leiden tot kritische arteriële insufficiëntie in het cerebrale verzorgingsgebied. Ten tweede kan het extracraniaal gelokaliseerde ziekteproces, meestal atherosclerose, de bron zijn voor embolieën naar de hersenen. Op grond van het ziekteverloop onderscheidt men in de kliniek twee ziektebeeldgroepen: de transient ischaemic attack (TIA), en de apoplexie of beroerte (‘stroke’).