Skip to main content
Top

2016 | OriginalPaper | Hoofdstuk

7. Cellulaire immuniteit

Auteur : T. H. M. Ottenhoff

Gepubliceerd in: Leerboek immunologie

Uitgeverij: Bohn Stafleu van Loghum

share
DELEN

Deel dit onderdeel of sectie (kopieer de link)

  • Optie A:
    Klik op de rechtermuisknop op de link en selecteer de optie “linkadres kopiëren”
  • Optie B:
    Deel de link per e-mail

Samenvatting

In dit hoofdstuk komt de cellulaire immuniteit aan bod. Deze immuniteit omvat alle immunologische reacties waarbij T-lymfocyten betrokken zijn. Cellulaire immuniteit richt zich tegen intracellulaire micro-organismen en tumorcellen en wordt geïnitieerd in lymfoïde organen door dendritische cellen. De cellulaire immuunrespons doorloopt verschillende fasen: herkenning, activatie en proliferatie, en differentiatie tot effectorcellen. Differentiatie tot effectorcellen vormt de laatste fase van het activatieproces. CD4+ T-lymfocyten, wanneer ze zijn gedifferentieerd tot effector-Th-lymfocyten, oefenen hun functie uit door middel van cytokinen. CD8+ cytotoxische T-lymfocyten kunnen virusgeïnfecteerde cellen doden en doen dit op twee verschillende manieren. Cytotoxische T-lymfocyten zijn belangrijk voor de afweer tegen tumorcellen. Het cellulaire immunologisch geheugen berust bij zowel centrale als tissue resident geheugencellen. De duur en omvang van de cellulaire immuunrespons wordt op diverse manieren gereguleerd, onder andere door regulatoire T-lymfocyten. Naast de ‘klassieke’ subsets van T-lymfocyten bestaan er nog kleinere, alternatieve subsets van T-lymfocyten die specifieke cellulaire functies vervullen.
Metagegevens
Titel
Cellulaire immuniteit
Auteur
T. H. M. Ottenhoff
Copyright
2016
Uitgeverij
Bohn Stafleu van Loghum
DOI
https://doi.org/10.1007/978-90-368-0258-1_7