Skip to main content
Top
Gepubliceerd in:
Omslag van het boek

2015 | OriginalPaper | Hoofdstuk

1. Beroepshouding ontwikkelen

Auteur : Joost Dupont

Gepubliceerd in: Mondzorg en beroepshouding

Uitgeverij: Bohn Stafleu van Loghum

share
DELEN

Deel dit onderdeel of sectie (kopieer de link)

  • Optie A:
    Klik op de rechtermuisknop op de link en selecteer de optie “linkadres kopiëren”
  • Optie B:
    Deel de link per e-mail

Samenvatting

Dit hoofdstuk bespreekt wat verstaan wordt onder beroepshouding (par. 1.1). Beroepshouding wordt verbonden met hard skills en soft skills (par. 1.2). Paragraaf 1.3 gaat in op preventie, de hoofdtaak van de mondhygiënist en tevens een belangrijke taak van de tandarts. Een adequate beroepshouding is vereist om deze taak goed te kunnen uitvoeren. In paragraaf 1.4 wordt besproken hoe visies en adviezen uit de beroepspraktijk mondhygiënist en tandarts kunnen helpen om soft skills – en daarmee een professionele beroepshouding – te ontwikkelen, waardoor zij hun preventietaak succesvoller kunnen uitvoeren.
Voetnoten
1
Beroepsprofiel Mondhygiënist in Nederland (2007), p.20.
 
2
Idem, p. 17.
 
3
Idem, p. 20.
 
4
Idem, p. 20.
 
5
Idem, p. 21.
 
6
Idem, p. 21.
 
7
Idem, p. 22.
 
8
Bron: knmt.nl, 20-3-2015.
 
9
Beroepsprofiel Tandarts algemeen practicus (2006), p. 17.
 
10
Idem, p. 31.
 
11
Idem, p. 32.
 
12
Idem, p. 22.
 
13
Idem, p. 22.
 
14
P. Ricoeur (1992). Oneself as another. Chicago: University of Chicago Press, p. 240, 273–288, en J. Dupont (2010). Identiteit is kwaliteit. Budel: Uitgeverij Damon, p. 186–189. Zie ook: P. van Tongeren (2012). Leven is een kunst. Over morele ervaring, deugdethiek en levenskunst. Zoetermeer: Uitgeverij Klement, p. 63.
 
15
In de tweede evaluatie van de wet BIG wordt gesteld: ‘Tandartsen en mondhygiënisten zijn goed op de hoogte van de aan hen voorgelegde, voor hen meest relevante voorbehouden handelingen. Bij de niet-voorbehouden handelingen bestaat meer onduidelijkheid. Slechts 43 % van de tandartsen en 64 % van de mondhygiënisten is ervan op de hoogte dat een periodieke controle geen voorbehouden handeling is’, Tweede evaluatie. Wet op beroepen in de individuele gezondheidszorg (2013). Den Haag: ZonMw, p. 114.
 
16
J. Dupont (2010). Identiteit is kwaliteit. Budel: Uitgeverij Damon, p. 124.
 
17
P. van Tongeren (2003). Deugdelijk leven. Een inleiding in de deugdethiek. Amsterdam: SUN, p. 106–107.
 
18
Immanuel Kant stelde de volgende, klassiek geworden, definitie op: ‘Verlichting is de bevrijding van de mens uit de onmondigheid die hij aan zichzelf te wijten heeft.’ Aan zichzelf te wijten, ook omdat, zo stelt Kant, ‘het zo rustig is onmondig te zijn’. De oproep die Kant doet is: sapere aude: heb de moed je van je eigen verstand te bedienen. Anders gezegd: durf te denken, durf de onrust op te zoeken. Geciteerd uit: Immanuel Kant (1988). Wat is verlichting? Kampen: Kok Agora, p. 59.
 
Metagegevens
Titel
Beroepshouding ontwikkelen
Auteur
Joost Dupont
Copyright
2015
Uitgeverij
Bohn Stafleu van Loghum
DOI
https://doi.org/10.1007/978-90-368-0383-0_1