01-06-2007 | Article
Behandeling van de dwangstoornis: na het protocol
Gepubliceerd in: Kind & Adolescent Praktijk | Uitgave 2/2007
Log in om toegang te krijgenAbstract
De protocollaire behandeling van de dwangstoornis bestaat uit 12 tot 16 zittingen. Uit effectiviteitsonderzoek blijkt dat ongeveer vier van de tien kinderen tot de ‘nonresponders’ moeten worden gerekend. Zij zijn niet of minder dan 50% verbeterd. Maar ook lang niet alle ‘responders’, met een verbetering van 50% of meer, zijn na de protocollaire behandeling al voldoende van hun klachten af. Toch betekent dit niet altijd dat de therapie bij deze kinderen is mislukt. Uit een onderzoek dat op de polikliniek van een kinderpsychiatrisch centrum werd uitgevoerd, blijkt dat de effectiviteitscijfers aanzienlijk kunnen verbeteren bij voortzetting van de therapie, zowel bij responders als bij nonresponders. Een voorbeeld hiervan is de behandeling van Daan, een jongen met ernstige obsessies en dwanghandelingen.