Skip to main content
Top

2009 | OriginalPaper | Hoofdstuk

3. Aansprakelijkheid – professionals tussen regeldwang en regeldrang

Auteur : Michel Jansen

Gepubliceerd in: Ontwerp van zorgtrajecten/zorgketens

Uitgeverij: Bohn Stafleu van Loghum

share
DELEN

Deel dit onderdeel of sectie (kopieer de link)

  • Optie A:
    Klik op de rechtermuisknop op de link en selecteer de optie “linkadres kopiëren”
  • Optie B:
    Deel de link per e-mail

Samenvatting

Professionals, in de moderne zin van het woord, bestaan nog niet zo lang. Samen met de industriële revolutie in de negentiende eeuw ontstond de moderne beroepsbeoefenaar die op een specifiek beroepsterrein maatschappelijke erkenning verwierf omdat hij, georganiseerd in beroepsorganisaties en werkend met actuele wetenschappelijke inzichten, een garantie kon geven van hoge kwalitatieve dienstverlening. Gepaard aan die maatschappelijke erkenning ontstond een duidelijke maatschappelijke positie, gebaseerd op binnen de beroepsgroep gecontroleerde autonome handelingsvrijheid (Van der Arend, 1992). De laatste decennia staat die autonome handelingsvrijheid, althans de manier waarop die in de loop van de twintigste eeuw vorm kreeg, ter discussie. Daar zijn verschillende redenen voor, zoals we zullen zien. Het gevolg is dat de positie van professionals, met name in welzijnswerk, onderwijs en gezondheidszorg hachelijk is. Hachelijk, zowel in de betekenis van delicaat als netelig.
Voetnoten
1
In juni 1999 is in Bologna door ministers uit 29 Europese landen, waaronder Nederland, een verklaring ondertekend waarin zij zich committeerden aan de ordening van hun onderwijsstelsels volgens de lijnen van een ‘undergraduate-graduate’model. Dit werd in een volgende vergadering te Dublin nader beschreven en vastgelegd. De Dublindescriptoren zijn algemene beschrijvingen voor het eindniveau van de eerste, tweede en derde cyclus in het hoger onderwijs, in Nederland voor de graden van Bachelor, Master en Doctor.
 
Literatuur
go back to reference Arend, A. van der (1992). Beroepscodes. Morele kanttekeningen bij een professionaliseringsaspect van de verpleging. Nijkerk: Intro. Arend, A. van der (1992). Beroepscodes. Morele kanttekeningen bij een professionaliseringsaspect van de verpleging. Nijkerk: Intro.
go back to reference Freidson, E. (1994). Professionalism Reborn. Theory, Prophecy and Policy. Chicago: The University of Chicago Press. Freidson, E. (1994). Professionalism Reborn. Theory, Prophecy and Policy. Chicago: The University of Chicago Press.
go back to reference Graaf, J. de (1976). Elementair begrip van de Ethiek, derde druk. Utrecht: Bohn, Scheltema & Holkema. Graaf, J. de (1976). Elementair begrip van de Ethiek, derde druk. Utrecht: Bohn, Scheltema & Holkema.
go back to reference Houten, D. van (1999). De standaardmens voorbij. Over zorg, verzorgingsstaat en burgerschap. Maarssen: Elsevier/De Tijdstroom, Humanistische bibliotheek. Houten, D. van (1999). De standaardmens voorbij. Over zorg, verzorgingsstaat en burgerschap. Maarssen: Elsevier/De Tijdstroom, Humanistische bibliotheek.
go back to reference Jacobs, G., Meij, R., Tenwolde, H. & Zomer, Y. (red.) (2008). Goed werk. Verkenningen van normatieve professionalisering. Utrecht: Humanistic University Press. Jacobs, G., Meij, R., Tenwolde, H. & Zomer, Y. (red.) (2008). Goed werk. Verkenningen van normatieve professionalisering. Utrecht: Humanistic University Press.
go back to reference Krogt, Th. van der (1981). Professionalisering en collectieve macht – een conceptueel kader. ’s-Gravenhage: Vuga-Uitgeverij. Krogt, Th. van der (1981). Professionalisering en collectieve macht – een conceptueel kader. ’s-Gravenhage: Vuga-Uitgeverij.
go back to reference Kunneman, H. (1996). Van theemutscultuur naar walkman-ego. Contouren van postmoderne individualiteit. Amsterdam/Meppel: Boom. Kunneman, H. (1996). Van theemutscultuur naar walkman-ego. Contouren van postmoderne individualiteit. Amsterdam/Meppel: Boom.
go back to reference Raad voor de Volksgezondheid en Zorg (2000). Professionals in de gezondheidszorg. Advies aan de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport. Zoetermeer: RVZ. Raad voor de Volksgezondheid en Zorg (2000). Professionals in de gezondheidszorg. Advies aan de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport. Zoetermeer: RVZ.
go back to reference Sullivan W. & Benner, P. (2005). Challenges to professionalism: work integrity and the call to renew and strengthen the social contract of the professions. Am J Crit Care, 14(1),78–84.PubMed Sullivan W. & Benner, P. (2005). Challenges to professionalism: work integrity and the call to renew and strengthen the social contract of the professions. Am J Crit Care, 14(1),78–84.PubMed
go back to reference Wegelin, M. (1998). De zandbak van de hulpverlener: over discretionaire ruimte in de jeugdhulpverlening. In Th. Schuyt & M. Steketee. Zorgethiek. Ruimte binnen regels. Utrecht: Uitgeverij SWP. Wegelin, M. (1998). De zandbak van de hulpverlener: over discretionaire ruimte in de jeugdhulpverlening. In Th. Schuyt & M. Steketee. Zorgethiek. Ruimte binnen regels. Utrecht: Uitgeverij SWP.
go back to reference Widdershoven, G. (2000). Ethiek in de kliniek. Hedendaagse benaderingen in de gezondheidsethiek. Amsterdam: Boom. Widdershoven, G. (2000). Ethiek in de kliniek. Hedendaagse benaderingen in de gezondheidsethiek. Amsterdam: Boom.
go back to reference Willems, D., Vos, R., Palmboom, G. & Lips, P. (2007). Passend bewijs. Ethische vragen bij het gebruik van evidence in het zorgbeleid. Den Haag: Centrum voor Ethiek en Gezondheid. Willems, D., Vos, R., Palmboom, G. & Lips, P. (2007). Passend bewijs. Ethische vragen bij het gebruik van evidence in het zorgbeleid. Den Haag: Centrum voor Ethiek en Gezondheid.
Metagegevens
Titel
Aansprakelijkheid – professionals tussen regeldwang en regeldrang
Auteur
Michel Jansen
Copyright
2009
Uitgeverij
Bohn Stafleu van Loghum
DOI
https://doi.org/10.1007/978-90-313-7744-2_3