Skip to main content

Hernia

8 Hernia: definities en achtergronden

In dit hoofdstuk worden de verschillende soorten hernia’s beschreven, wordt de anatomie met duidelijke illustraties uitgelegd en worden de verschillende technieken voor behandeling uitgelegd. In paragraaf 8.1 worden de herniae uitgelegd.

In paragraaf 8.2 worden de soorten breuken in lies en onderbuikgebied beschreven, zoals de hernia umbilicalis, de hernia inguinalis, de hernia femoralis en de hernia cicatricalis. Op afbeelding 8.1 en 8.2 zijn enige algemene en anatomische structuren in de nabijheid van het lieskanaal te zien.

In paragraaf 8.3 worden de buikwandplastieken beschreven. De verschillende inguinale plastieken voor herniaoperaties worden uitgelegd in paragraaf 8.3.1. De cicatricale plastieken bij littekenbreuken worden uitgelegd in paragraaf 8.3.2. Daarnaast komt het implantatiemateriaal en de etiologie aan de orde (zie afbeelding 8.4).

9 Herniaoperaties

In dit hoofdstuk worden de algemene richtlijnen voor herniaoperaties beschreven en de algemene pre-, per- en postoperatieve zorg.

In de algemene preoperatieve fase komen aan de orde (zie paragraaf 9.1.1):

de voorbereiding van de operatie;

opstelling operatieteam;

toestand van de patiënt bij ontvangst;

diathermie en positionering;

desinfectie en afdekken.

In de algemene peroperatieve fase komen aan de orde (zie paragraaf 9.1.2):

de herniotomie incisies (zie afbeelding 9.6a en 9.6b);

de weefselstructuren in de operatieregio (zie afbeelding 9.7 en 9.8).

In de algemene postoperatieve fase komen aan de orde (zie paragraaf 9.1.3):

de toestand van de patiënt bij vertrek;

de langetermijn complicaties.

De volgende operatieprocedures worden beschreven:

de laparoscopische TEPP en TAPP-procedure bij hernia inguinalis

(zie paragraaf 9.2) met hierbij de operatie-indicatie en het doel van de operatie. De pre-, per- en postoperatieve fase worden beschreven in paragraaf 9.2.1, 9.2.2 en 9.2.3. In de paragraaf over de peroperatieve fase wordt de operatieprocedure beschreven van de totaal extraperitoneale preperitoneale plastiek (TEPP) met hierbij de werking van de distensieballon en de blunt-tip trocart (zie afbeelding 9.9), evenals de operatieprocedure van de transabdominale preperitoneale plastiek (TAPP) met op afbeelding 9.10 de plaats aangegeven van de trocarts;

de laparotomische hernia inguinalis mediaal of lateraal (zie paragraaf 9.3) met hierbij de operatie-indicatie en het doel van de operatie. De pre-, per- en postoperatieve fase worden beschreven in paragraaf 9.3.1, 9.3.2 en 9.3.3. In de paragraaf over de peroperatieve fase wordt de operatieprocedure beschreven en de reconstructie van het lieskanaal. Ook hier wordt de reconstructie van het lieskanaal in afbeeldingen weergegeven (zie afbeelding 9.11 tot en met 9.20);

de hernia femoralis (zie paragraaf 9.4) met hierbij de operatie-indicatie en het doel van de operatie. De pre-, per- en postoperatieve fase worden beschreven in paragraaf 9.4.1, 9.4.2 en 9.4.3;

de laparoscopische hernia cicatricalis (zie paragraaf 9.5) met hierbij de operatie-indicatie en het doel van de operatie. De pre-, per- en postoperatieve fase worden beschreven in paragraaf 9.5.1, 9.5.2 en 9.5.3. Er is speciale aandacht voor de specifieke benodigdheden, zoals de 5 mm protacker cliptang (zie ook afbeelding protack stapler in bijlage 2 mechanisch instrumentarium);

de laparotomische hernia citracicalis (zie paragraaf 9.6) met hierbij de operatie- indicatie en het doel van de operatie. Na de inleiding komen de pre-, per- en postoperatieve fase aan de orde (zie paragraaf 9.6.1, 9.6.2 en 9.6.3). In de preoperatieve fase wordt specifieke aandacht besteed aan de patiënt bij ontvangst wanneer het een platzbauchoperatie betreft.

10 Hernia diaphragmatica-operaties

In dit hoofdstuk worden de operaties van een breuk in het middenrif behandeld. Er wordt uitleg gegeven over het ontstaan van een hernia diaphragmatica (zie paragraaf 10.1).

In paragraaf 10.2 komen de operatietechnieken aan de orde met ondermeer uitleg over:

fundoplicatie volgens Mark Belsey IV;

fundoplicatie volgens Nissen.

De volgende operatieprocedures worden beschreven:

de laparoscopische fundoplicatie volgens Nissen met daarbij de operatie-indicatie en het doel van de operatie (zie paragraaf 10.3). Daarnaast komen de pre-, per- en postoperatieve fase aan de orde. Specifieke aandacht wordt in de paragraaf over de peroperatieve fase besteed aan het inbrengen van de trocarts (zie afbeelding 10.2) en de positie van het implantaat (zie afbeelding 10.3). In de paragraaf over de postoperatieve fase is aandacht voor de lange- en kortetermijncomplicaties (zie paragraaf 10.3.1, 10.3.2 en 10.3.3);

tevens wordt beschreven de laparotomische fundoplicatie volgens Nissen met daarbij de operatie-indicatie en het doel van de operatie (zie paragraaf 10.4). Daarna komen de pre-, per- en postoperatieve fase aan bod met aandacht voor de operatieprocedure van de plastiek volgens Cortat-Jacob (zie afbeelding 10.4 en paragraaf 10.4.1, 10.4.2 en 10.4.3).

Deeplinks

http://www.youtube.com

http://www.chirurgenoperatie.nl/